Commissie: Notariaat
Categorie: Prijs
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
75845
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de hoogte van de kosten voor het meerwerk aangaande de berekening van de overdrachtsbelasting.
De cliënt heeft een bedrag van € 1.875,93, waarvan € 612,50 voor extra werkzaamheden, niet aan de notaris voldaan. Overeenkomstig het reglement van de commissie is dit bedrag in depot gestort.
Standpunt van de cliënt
Voor het standpunt van de cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken.
In de kern komt de klacht op het volgende neer.
Aan de hand van een door Staatsbosbeheer opgestelde overeenkomst tot heruitgifte van de erfpacht, heeft de cliënt een offerte van de notaris ontvangen voor de kosten van het opstellen en passeren van de akte. In de offerte staat dat er voor meerwerk (o.a. overdrachtsbelasting) een extra honorarium wordt berekend. Er blijkt onduidelijkheid over de hoogte van de overdrachtsbelasting en de notaris stelt voor één en ander kort te sluiten met de belastingdienst. Nadien wordt de cliënt niet meer op de hoogte gehouden van het verdere verloop en de kosten die ermee gemoeid gaan. Vlak voor de datum van passeren heeft de cliënt een nota ontvangen met daarin opgenomen een bedrag van € 612,50 exclusief BTW voor het meerwerk aangaande de overdrachtsbelasting. De rentmeester van Staatsbosbeheer heeft de notaris voorgesteld dat Staatsbosbeheer de helft van deze kosten zal dragen en de notaris de andere helft. Hiermee is de notaris niet akkoord gegaan.
De cliënt zou graag van de commissie willen vernemen of het terecht is dat de notaris voor “het kort sluiten” een bedrag van € 612,50 exclusief BTW in rekening brengt zonder de cliënt daarover van te voren te informeren.
Ter zitting heeft de cliënt haar standpunt aangevuld en aangegeven dat zij zich realiseert dat er door de notaris meerwerk is verricht waarvoor kosten in rekening kunnen worden gebracht. Zij vraagt zich echter af of het bedrag niet te hoog is. Daarbij neemt zij in aanmerking dat de rentmeester van Staatsbosbeheer haar heeft meegedeeld dat er normaal gesproken geen extra kosten in rekening worden gebracht.
De cliënt is niet tussentijds geïnformeerd door de notaris over de stand van zaken en de oplopende kosten. Het bedrag kwam als een verrassing. De cliënt heeft de akte nog niet laten passeren in afwachting van de uitspraak van de commissie. Zij maakt zich zorgen over de hoogte van de kosten die zij nog zal moeten betalen, nu de notaris heeft aangegeven dat er opnieuw kosten zullen worden berekend voor de herberekening van de voetverklaring.
De cliënt verzoekt de commissie in redelijkheid en billijkheid een vergoeding vast te stellen.
Standpunt van de notaris
Voor het standpunt van de notaris verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het verweer op het volgende neer.
Op 18 juni 2012 heeft de notaris aan de cliënt een offerte uitgebracht met betrekking tot het opmaken en passeren van de akte van uitgifte van erfpacht. In deze offerte is uitdrukkelijk aangegeven dat, indien er geen sprake is van een doorsnee-situatie, er voor het meerwerk een extra honorarium in rekening wordt gebracht. Daarbij is ondermeer aangegeven dat er geen sprake is van een doorsnee-situatie als er onderzoek dient te worden verricht en/of bijzondere regelingen moeten worden getroffen op het gebied van/met het oog op overdrachtsbelasting.
Onder andere als gevolg van de intrekking per 14 september 2010 van de toelichting bij de Wet op belastingen van rechtsverkeer stond niet onomstotelijk vast hoe de verschuldigde overdrachtsbelasting zou moeten worden berekend. Op 2 november 2012 heeft de notaris aan de cliënt twee opties voorgelegd:
1. het innemen van een pleitbaar standpunt met het risico dat de belastingdienst achteraf een correctie zou toepassen;
2. vooraf overleg plegen met de belastingdienst.
De cliënt heeft aangegeven dat zij het op prijs zou stellen indien de notaris vooraf met de belastingdienst zou overleggen.
De notaris heeft ter zitting aangegeven dat in verband met wijziging van de fiscale regelgeving er geen duidelijkheid bestond over de berekening van de overdrachtsbelasting. Navraag bij de Stichting Natuurmonumenten, die vaker met deze problematiek te maken heeft gehad, heeft geleerd dat deze al een jaar met de belastingdienst aan het onderhandelen is over de hoogte van de overdrachtsbelasting bij vernieuwing van het erfpachtrecht.
De notaris is van oordeel dat heel zorgvuldig is gehandeld. Er is geen sprake geweest van een tijdsbeslag van eindeloze uren dus er was ook geen reden om de cliënt vooraf te berichten over de hoogte van de kosten voor het meerwerk. Daarbij komt dat deze kosten voor de helft door Staatsbosbeheer zullen worden gedragen. Nu de hoogte van het tarief van de overdrachtsbelasting is verlaagd van 6% naar 2% zullen de kosten voor de cliënt lager zijn dan vermeld in de offerte. In verband met het tijdsverloop zal echter opnieuw een voetverklaring dienen te worden opgesteld waarvoor extra kosten zullen worden doorberekend. De notaris heeft ter zitting aangegeven dat hij hiervoor een ½ uur aan de cliënt in rekening zal brengen.
(Het kantoor van) de notaris verzoekt de commissie om de klacht van de cliënt ongegrond te verklaren en het door de cliënt verzochte af te wijzen.
Beoordeling van het geschil
Naar aanleiding van het over en weer door partijen gestelde overweegt de commissie het
volgende.
De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de notaris hanteert dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende notaris.
Kern van het geschil betreft de vraag of de notaris de cliënt kosten voor meerwerk voor onderzoek naar de hoogte van de overdrachtsbelasting in rekening had mogen brengen en – indien dat het geval zou zijn – of de notaris de cliënt hiervoor niet teveel heeft gerekend en haar vooraf voldoende duidelijk heeft ingelicht omtrent de hoogte van deze kosten.
De commissie overweegt als volgt.
Ingevolge artikel 10 van de Verordening beroeps- en gedragsregels 2011 (verder Verordening) dient een notaris aan de cliënten tijdig en duidelijk uitleg te geven over de financiële gevolgen van zijn inschakeling (lid 1) en tijdig mee te delen wanneer meer kosten in rekening zullen worden gebracht dan voorzien (lid 2).
Uit de door partijen overgelegde stukken is voor de commissie voldoende vast komen te staan dat de notaris aan zijn informatieverplichting jegens cliënt heeft voldaan en derhalve heeft gehandeld conform het bepaalde in artikel 10 Verordening.
Vaststaat dat bij het uitbrengen van de offerte op 18 juni 2012 de notaris aan de cliënt heeft kenbaar gemaakt dat indien er geen sprake is van een doorsnee-situatie er voor het meerwerk extra honorarium in rekening zou worden gebracht. Daarbij heeft de notaris aangegeven dat er ondermeer geen sprake is van een doorsnee-situatie indien “er onderzoek moet worden gedaan en/of bijzondere regelingen moeten worden getroffen op het gebied van/met het oog op overdrachtsbelasting”. De cliënt is met deze offerte akkoord gegaan.
De notaris heeft vervolgens per e-mail van 2 november 2012 aan de cliënt bericht dat er onduidelijkheid bestond over de overdrachtsbelasting en de cliënt voorgesteld in overleg te treden met de belastingdienst. Op 4 november 2012 heeft de cliënt aan de notaris bericht dat zij het op prijs zou stellen als de notaris met de belastingdienst overleg zou plegen. Het moet voor de cliënt derhalve voldoende duidelijk zijn geweest dat de notaris voor deze extra werkzaamheden extra kosten in rekening zou brengen.
De notaris heeft voor deze extra werkzaamheden een bedrag van € 612,50 in de nota opgenomen. De commissie is van oordeel dat de hoogte van dit bedrag niet onevenredig is en in verhouding staat tot de inspanning die de notaris heeft geleverd.
Gelet op het vorenstaande acht de commissie de klacht niet gegrond en dient de vordering van de cliënt te worden afgewezen. Nu de commissie niet duidelijk is of Staatsbosbeheer nog steeds bereid is de helft van de extra werkzaamheden te betalen, zal de commissie hiermee geen rekening houden.
Overigens geeft de commissie de notaris in overweging uit coulance voor het herberekenen van de voetverklaring in verband met het tijdsverloop aan cliënt geen extra kosten in rekening te brengen.
Derhalve dient als volgt te worden beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart de klacht van de cliënt niet gegrond en wijst het door de cliënt verzochte af;
– bepaalt dat de cliënt een bedrag van € 1.875,93, waarvan € 612,50 voor extra werkzaamheden aan de notaris verschuldigd is;
– bepaalt dat het door de cliënt betaalde depotbedrag aan de notaris wordt uitgekeerd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Notariaat op 27 juni 2013.