Commissie: Notariaat
Categorie: Kwaliteit dienstverlening
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
76561
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de kwaliteit van de dienstverlening van de notaris bij het opstellen en passeren van de akte van verdeling van ondermeer de woning na beëindiging van de samenwoning, alsmede de hoogte van de declaratie.
De cliënt heeft op 24 december 2012 de klacht voorgelegd aan de notaris.
Standpunt van de cliënt
De cliënt heeft zijn klachten vermeld in het door hem d.d. 26 april 2013 ingevulde klachtenformulier en de daarbij behorende bijlagen, waarvan de kern – kort en zakelijk – als volgt wordt weergegeven.
De klacht van de cliënt richt zich tegen de nota van de notaris van € 805,35, die hoger is dan afgesproken, te weten voor een akte van verdeling € 650,– , inclusief BTW en kadasterkosten.
In de door de notaris opgestelde akte van verdeling is de afspraak tussen partijen vastgelegd dat de notariële kosten ieder voor de helft zou worden verdeeld tussen de cliënt en zijn ex-partner. De notaris heeft deze afspraak zonder overleg gewijzigd zodanig dat de cliënt genoemde notariële kosten geheel voor zijn rekening neemt.
De cliënt stelt schade te hebben geleden door toedoen van de notaris en verzoekt een vergoeding vast te stellen ten bedrage van € 480,35
Standpunt van de notaris
Voor het standpunt van de notaris verwijst de commissie naar het verweer van de notaris d.d. 23 mei 2013. In de kern komt het verweer van de notaris op het volgende neer.
De notaris geeft aan dat hij op 25 mei 2012 een offerte heeft uitgebracht aan de cliënt voor een akte verdeling van de woning na beëindiging van de samenwoning ten bedrage van € 650,– inclusief BTW en kadasterkosten.
Pas op 29 januari 2013 kon de akte worden gepasseerd in verband met een procedure bij de rechtbank, waardoor de meerkosten slechts € 155,– bedroegen en bestonden uit de verhoging van het BTW-tarief, verhoging van het kadaster-tarief en meerwerk zoals door de notaris gespecificeerd in een bijlage.
De notaris verzoekt de commissie het verzoek van de cliënt af te wijzen.
Beoordeling van het geschil
Naar aanleiding van het over en weer door partijen gestelde overweegt de commissie het volgende.
De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de notaris hanteert dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende notaris.
Uit hetgeen partijen in deze over en weer hebben gesteld en hebben ingebracht en als onvoldoende onweersproken hebben gesteld, komt de commissie tot de vaststelling dat
• de notaris, naar aanleiding van de vraag van de cliënt wat het op één naam stellen van een gezamenlijke woning kost, de cliënt heeft meegedeeld dat de kosten van het opstellen van een notariële akte van verdeling € 650,– inclusief BTW en kadasterkosten bedraagt;
• de notaris een akte van verdeling heeft opgesteld waarbij over de notariële kosten van deze akte is opgenomen dat de cliënt en zijn ex-partner ieder de helft van deze kosten voor zijn rekening neemt en de notaris desgevraagd de cliënt heeft aangegeven dat ieder een nota krijgt voor de helft van de kosten en er geen sprake is van hoofdelijke aansprakelijkheid;
• de ex-partner inzake de akte van verdeling in kort geding niet heeft betwist dat, ondanks herhaalde uitnodiging daartoe van de notaris, zij de akte van verdeling niet heeft ondertekend en de cliënt bij kort geding een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis heeft verkregen dat in de plaats trad van de instemmende verklaring van de ex-partner ten behoeve van de toedeling van de echtelijke woning aan de cliënt;
• de notaris, ondanks de toelichting van de advocaat en het verzoek voor het einde van 2012 de akte te passeren, de akte niet met behulp van dit kortgedingvonnis wenste te passeren;
• de notaris op zijn kantoor zonder overleg met de cliënt op 9 januari 2013 een bespreking heeft gevoerd met de ex-partner van de cliënt en haar een volmacht heeft laten tekenen;
• de notaris bij email van 10 januari 2013 de cliënt heeft geïnformeerd dat zijn ex-partner op kantoor is geweest, een volmacht heeft getekend en daarbij het ontwerp van de verdelingsakte en de nota van afrekening ten bedrage van € 805,35 inclusief BTW en kosten heeft bijgevoegd;
• de cliënt bij email van 10 januari 2013 heeft gereageerd met de constatering dat de akte van verdeling is gewijzigd in die zin dat de notariële kosten nu geheel voor zijn rekening komen en dit niet is hetgeen partijen overeen zijn gekomen en door geen enkele partij is verzocht;
• de notaris bij e-mail van 11 januari 2013 heeft geantwoord “U heeft mij opdracht gegeven om de akte op te stellen. U bent mijn opdrachtgever en ik wil gewoon betaald krijgen en niet blijven zitten met een niet-inbare vordering op mevrouw (…).”;
• de notaris de cliënt voor de keuze heeft gesteld of de nota te betalen waarna de akte wordt gepasseerd of naar een andere notaris te gaan voor het opstellen van een akte en ook in laatstgenoemd geval diende de cliënt de nota van de notaris te betalen;
• de cliënt de akte op korte termijn nodig had om zijn plannen met het aan hem toe te delen huis uit te kunnen voeren en er daarom voor heeft gekozen – na opvraag en ontvangst van een specificatie van de nota ad € 805,35 – die te betalen en de akte – waarin is opgenomen dat hij de notariële kosten voor zijn rekening neemt – uiteindelijk is gepasseerd.
De commissie is in deze van oordeel dat de notaris wat betreft de kwaliteit van zijn dienstverlening enigszins tekort is geschoten. Immers, niet is gebleken dat de notaris zijn cliënt naar behoren heeft uitgelegd waarom hij de akte middels opgemeld kortgedingvonnis niet wenste te passeren. Zelfs niet nadat de toenmalige advocaat van de cliënt de notaris om passering van de akte had verzocht. Voorts heeft de notaris zonder overleg met zijn cliënt met de ex-partner een bespreking gehouden, waarna de notaris de akte van verdeling zonder overleg met de cliënt heeft gewijzigd en die ex-partner een volmacht ten behoeve van het passeren van die gewijzigde akte heeft laten tekenen. Vervolgens heeft de notaris zijn cliënt die gewijzigde akte – zonder te wijzen op die wijziging of daarbij een toelichting te geven – doen toekomen en desgevraagd zijn cliënt slechts als argument voor zijn wijziging heeft aangegeven dat hij niet met een niet-inbare vordering wil blijven zitten. Dit terwijl hij in een eerdere fase desgevraagd en uitdrukkelijk aan zijn cliënt te kennen heeft gegeven dat ieder der partijen een aparte nota zou ontvangen voor de helft van de notariële kosten en de cliënt niet hoofdelijk aansprakelijk zou zijn voor de nota van zijn ex-partner.
De commissie kan zich voorts niet aan de indruk onttrekken dat de notaris, mede gelet op de moeizame wijze waarop de medewerking van de ex-partner uiteindelijk tot stand is gekomen, zijn cliënt in een positie heeft gebracht waarop hij – in het belang van spoedige toedeling aan hem van de echtelijke woning – niet anders kon dan een en ander te accepteren.
De commissie komt dan ook tot de slotsom dat de notaris in deze niet heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende notaris. De commissie neemt hierbij nog in ogenschouw dat de notaris bij het vermelden van de kosten van de akte van de verdeling is uitgegaan van een normale akte van verdeling. De meerkosten die de notaris blijkens zijn specificatie heeft moeten maken naar aanleiding van de zitting en de correspondentie over het kortgedingvonnis moeten dan ook voor rekening van de cliënt komen.
De commissie zal de nota van de notaris dan ook matigen tot een bedrag van € 500,– inclusief BTW en kosten en bepalen dat de notaris aan de cliënt binnen 14 dagen na dagtekening van deze uitspraak een bedrag van € 305,35 aan de cliënt dient te voldoen. Hiermee is de cliënt naar het oordeel van de commissie voldoende gecompenseerd.
Hetgeen voorts nog is gesteld behoeft geen bespreking nu dit niet tot een ander oordeel kan leiden.
Nu de klacht van de cliënt grotendeels gegrond wordt verklaard, zal de commissie de notaris veroordelen tot vergoeding van het klachtengeld, derhalve een bedrag van € 76,26. Bovendien dient de notaris – overeenkomstig het reglement van de commissie – een bijdrage van € 115,– in de behandelingskosten aan de commissie te voldoen.
Het meer of anders verzochte zal worden afgewezen.
Derhalve dient als volgt te worden beslist.
Beslissing
De klacht is gegrond.
De commissie veroordeelt de notaris om binnen 14 dagen na dagtekening van dit vonnis een bedrag van € 305,35 aan de cliënt te voldoen.
Overeenkomstig het reglement van de commissie dient de notaris het klachtengeld aan de cliënte, die deze kosten bij voorschot aan de commissie heeft voldaan, ter hoogte van € 76,26 te vergoeden.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de notaris aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag van € 115,– verschuldigd.
De commissie wijst het meer of anders verzochte af.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Notariaat op 24 juni 2013.