Ondernemer heeft adviestraject met oudercommissie niet goed doorlopen.

De Geschillencommissie




Commissie: Kinderopvang    Categorie: Adviesrecht    Jaartal: 2016
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 2016-100881

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

De ondernemer heeft de oudercommissie om advies gevraagd, maar het negatieve advies over een verhuizing niet gevolgd en geen argumenten gegeven waarom dit niet gevolgd is. De ondernemer zou dit alsnog moeten doen, maar dit is inmiddels achterhaald, de verhuizing heeft al plaats gevonden. De  klacht was wel gegrond.

Het geschil betreft het niet volgen van het advies van de oudercommissie.

De oudercommissie heeft op 21 januari 2016 de klacht schriftelijk voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de oudercommissie

Het standpunt van de oudercommissie luidt in hoofdzaak als volgt.

De ondernemer heeft een negatief advies van de oudercommissie genegeerd. Tevens heeft de ondernemer niets over het negatieve advies gecommuniceerd naar de oudercommissie, maar direct een reactie naar ouders en verzorgers gestuurd. Het negatieve advies is dus niet gemotiveerd en beargumenteerd afgewezen. Tevens is niet aangetoond dat het opvolgen van het advies ten koste zou gaan van de kwaliteit of de kosten van de opvang.

De oudercommissie ziet graag een beargumenteerde onderbouwing van het negeren van het negatieve advies dat de oudercommissie heeft uitgebracht. Tevens stelt de oudercommissie voor om de verbouwing, verhuizing op te schorten zolang er zoveel onduidelijkheid en ontevredenheid heerst onder de ouders en samen met ouders te kijken naar alternatieve oplossingen waar een ieder zich beter in kan vinden dan nu het geval is.
 
Standpunt van de ondernemer

De ondernemer heeft zijn standpunt niet nader toegelicht. De commissie begrijpt dat het standpunt van de ondernemer in hoofdzaak luidt als volgt.

Op 23 november 2015 heeft een onderzoek naar de vloeren van de betreffende locatie plaatsgevonden. Op 17 december 2015 heeft de gemeente gereageerd op het rapport van de deskundige hieromtrent. De gemeente heeft aangegeven de herstelwerkzaamheden voor haar rekening te nemen. Gelet op de situatie, wilden de gemeente en de ondernemer zo snel mogelijk met de herstelwerkzaamheden beginnen. Er zijn weliswaar geen veiligheidsrisico’s maar de ondernemer is geadviseerd niet te lang te wachten. De ondernemer heeft vier weken gewacht op een advies van de oudercommissie en toen dit advies uitbleef heeft hij de ouders geïnformeerd.

De ondernemer kan de opvang op een locatie (tijdelijk) staken, dat is een keuze in bedrijfsvoering.

De wijziging van contract was noodzakelijk gezien het feit dat de locatie in eigendom is bij een andere ondernemer en het feit dat een andere locatie een ander LRK nummer heeft.

De ondernemer heeft gekeken naar een andere locatie dichter in de buurt. Het aanvragen van vergunningen zou echter minimaal zes maanden duren. De ondernemer heeft gemeend dat de aangeboden locatie de beste optie was.

De ondernemer verzoekt – zo begrijpt de commissie – de klacht af te wijzen.

Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

De ondernemer heeft de oudercommissie om advies gevraagd inzake de verbouwing. Het negatieve element in het advies betrof meer de locatie die de ondernemer op het oog had en was niet gericht tegen de verbouwing an sich. De ondernemer heeft inmiddels naar de door de oudercommissie aangekaarte punten gekeken: verruiming van de openingstijden/garantie terugplaatsing/reistijden en kosten. Ten aanzien van de eerste twee punten merkt de ondernemer dat dit is gebeurd. Door de spoed die de verbouwing had kon de manager destijds nog geen knopen doorhakken. Dat is later wel gebeurd.

Er zijn nieuwe contracten gesloten voor de nieuwe vestiging. De oude contracten zijn beëindigd per 29 februari 2016. De algemene voorwaarden die de ondernemer hanteert zijn niet aangepast. De ondernemer had een opzegtermijn van twee maanden moeten toepassen maar dit is korter geweest door de omstandigheden. Op 30 mei 2016 gaan naar verwachting alle kinderen weer terug naar de oude locatie.

De oudercommissie van [naam van locatie 1] is opgestapt, onder meer vanwege de werkbelasting. De oudercommissie van [naam van locatie 2] wil wel doorgaan maar wil eerst overleg met de directie.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

De commissie stelt vast dat de oudercommissie is opgeheven doch dat de ondernemer heeft verklaard dat een andere oudercommissie voornemens is de belangen van de ouders van [naam van locatie 1] te gaan vertegenwoordigen. In die zin hebben de ouders die vertegenwoordigd worden door de oudercommissie belang bij een uitspraak van de commissie.

In een geschil met een oudercommissie beoordeelt de commissie of de ondernemer bij afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot het besluit heeft kunnen komen.

De ondernemer heeft erkend dat hij iets te snel heeft gehandeld door de ouders te informeren dat de oudercommissie geen reactie had gegeven op de adviesaanvraag. De ondernemer had immers zelf de reactietermijn verlengd tot de ochtend en heeft de mail aan de ouders te vroeg verzonden. De ondernemer heeft dit gecorrigeerd en zijn excuses aangeboden.

Daarnaast heeft de ondernemer niet inhoudelijk gereageerd op het advies van de oudercommissie en heeft hij geen besluit gemeld. Dit brengt normaliter met zich mee dat de ondernemer alsnog het traject volledig moet doorlopen. De commissie merkt echter op dat het alsnog beargumenteren van de keuze van de ondernemer richting de oudercommissie achterhaald is door de feiten nu het besluit niet meer kan worden teruggedraaid. De commissie weegt daarbij mee dat de ondernemer heeft verklaard dat aan de eisen van de verruiming van de openingstijden en de garantie terugplaatsing alsnog is voldaan. De commissie ziet geen aanleiding om de ondernemer verder nog op verschillende punten van het advies in te laten gaan.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is. Het door de oudercommissie gevorderde wijst zij af.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De commissie acht de klacht gegrond; zij wijst het door de oudercommissie verlangde af.

De commissie bepaalt dat overeenkomstig het reglement van de commissie de ondernemer het klachtengeld ad € 25,– aan de oudercommissie dient te vergoeden.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen op 12 mei 2016.