Ondernemer heeft nagelaten een deel van een schouw te polijsten. Herstel is zonder demontage en beschadiging van stucwerk niet mogelijk. Daarom schadevergoeding in plaats van herstel

  • Home >>
  • Bouw-en afbouwmaterialen >>
De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Bouw-en afbouwmaterialen    Categorie: Ondeugdelijke levering / (non-)conformiteit    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: BOU04-0012

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het betreft de afwerking van een geleverde en geplaatste granieten schouw.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument klaagt over het feit dat de gekochte zwarte granieten schouw op de kopse kanten onvoldoende gepolijst is. De consument acht het niet acceptabel dat de ondernemer wil volstaan met oppoetsen.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   Volgens de ondernemer is de klacht serieus genomen en heeft hij de leverancier ingeschakeld na ontvangst van de klacht. De ondernemer beroept zich op brieven van de fabrikant waarin de klacht als onterecht is aangemerkt.   Deskundigenrapport   De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld.   Er is ten onrechte een volledige bewerking naar hoogglans van alle zichtbare kopse kanten en zijkanten van de platen achterwege gebleven. De klacht is vanuit die optiek aanzienlijk te noemen. In een eenmaal gemonteerde schouw is dit ter plaatse niet op te lossen. Indien de klant bij de op zich redelijke wens van hoogglans aan de zichtbare kanten blijft dan dient de volledige schouw gedemonteerd te worden om in de werkplaats gepolijst en daarna opnieuw gemonteerd te worden. De kans op schade aan het stucwerk zou hoog zijn. De gevolgschade zal dientengevolge zeer groot zijn waardoor er sprake is van een vrij kostbaar herstel. In de huidige situatie is de schouw keurig gesteld en gemonteerd. De vraag is of dat niveau van stellen bij herplaatsing weer bereikt kan worden.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Geconfronteerd met het deskundigenrapport heeft de ondernemer ter zitting de gegrondheid van de klacht erkend. De ondernemer heeft zich bereid verklaard tot schadevergoeding. De consument heeft desgevraagd aan de commissie meegedeeld geen voorkeur te hebben voor demontage en herstel, dit vanwege de moeilijkheden die de deskundige daarbij voorziet. De commissie kan zich, met de consument en de ondernemer, verenigen met het deskundigenrapport. De commissie zal afzien van het aan de ondernemer opleggen van de herstelwerkzaamheden die op zichzelf genomen technisch realiseerbaar zijn, dit vanwege het feit dat enerzijds bijkomende schade en hoge kosten daardoor veroorzaakt zullen worden en bovendien de consument daar niet op aangedrongen heeft.   In plaats daarvan zal de commissie de consument een schadevergoeding in geld toekennen. Die schadevergoeding wordt enerzijds gerelateerd aan de hoge kosten die de consument zich heeft getroost ter verkrijging van het verwarmingssysteem waarvan de haard met schouw deel uitmaakt en anderzijds aan de verminderde esthetische uitstraling van de schouw als gevolg van de ongepolijste delen.   In redelijkheid en billijkheid stelt de commissie de aan de consument toekomende schadevergoeding vast op € 2.000,–.   Beslissing   De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 2.000,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 115,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 150,–.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Bouw- en Afbouwmaterialen op 1 april 2005.