Commissie: Recreatie
Categorie: Algemene voorwaarden
Jaartal: 2009
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
REC04-0028
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft aanscherping van de regeling omtrent het gebruik van de standplaats en vakantiewoning door derden.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
De consument kocht op 8 september 2001 een vakantiebungalow op het park van de ondernemer en sloot op 8 november 2001 een standplaatsovereenkomst met de ondernemer. De toen geldende Recron-voorwaarden vermeldden in artikel 16 dat gebruik door derden niet was toegestaan, tenzij uitdrukkelijk anders is overeengekomen. In de Aanvullende voorwaarden van de ondernemer was geregeld dat gebruik door derden is toegestaan voor directe familieleden. Op die basis ging de consument met de ondernemer de standplaatsovereenkomst aan.
Met ingang van 1 januari 2004 zijn nieuwe Recron-voorwaarden van toepassing geworden. In artikel 8 wordt vermeld dat gebruik door derden slechts is toegestaan, indien de ondernemer hiervoor schriftelijk toestemming heeft verleend. Die toestemming bestond er volgens de consument al op grond van de bovengenoemde Aanvullende voorwaarden.
In nieuwe Aanvullende voorwaarden heeft de ondernemer echter de regeling in die zin aangepast dat gebruik van de bungalow van de consument door derden slechts is toegestaan door familieleden in de eerste graad. Bovendien behoudt de ondernemer zich het recht voor om gebruik door derden te weigeren, indien het vermoeden bestaat dat het karakter van het bungalowpark er door verstoord kan worden.
De verschillen met betrekking tot het gebruik door derden tussen de oude en de nieuwe regeling zijn voor de consument zeer ingrijpend. Hij gebruikt zijn vakantiewoning zelf nauwelijks en had bij de aankoop van de bungalow in 2001 de bedoeling het huisje recreatief te laten gebruiken door directe familieleden. Ter zitting deelt de consument mee dat hij zijn bungalow ondermeer liet gebruiken door neven en nichten. Door de wijziging in de regeling worden de belangen van de consument ernstig geschaad.
De consument verlangt dat de door hem op 8 november 2001 overeengekomen regeling met betrekking tot het gebruik gehandhaafd blijft. Indien dit niet mogelijk is, verlangt de consument dat de standplaatsovereenkomst wordt beëindigd en de waarde van de bungalow door de ondernemer wordt vergoed.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
Het 50-plus bungalowpark van de ondernemer wordt gekenmerkt door rust en ordelijkheid. Alle gasten hebben hiervoor bij de aankoop van hun vakantiehuisje gekozen. Onderverhuur is absoluut niet toegestaan en het gebruik door derden wordt zoveel mogelijk beperkt ten einde deze rust en ordelijkheid te kunnen waarborgen.
In de Aanvullende voorwaarden met betrekking tot de Recron-voorwaarden van 1998 werd het gebruiksrecht beperkt tot familie van de eigenaar. Volgens de ondernemer is de wijziging van de regeling per 1 januari 2004 niet ingrijpend. Ouders en kinderen van de eigenaar mogen met hun partners gebruik maken van de bungalow. Alleen verdere familieleden dan die van de eerste graad hebben geen recht op gebruik. De ondernemer gaat hier echter soepel mee om.
De achtergrond van de regeling is dat het park niet geschikt is voor kinderen. Daarvoor zijn in het geheel geen voorzieningen. De ondernemer wil er ook op toezien dat de gebruiker van een vakantiewoning past in de doelgroep op het park. De consument heeft zijn vakantiewoning enkele malen laten gebruiken door een jong gezin en heeft de woning gedurende een aaneengesloten periode van 4 maanden ter beschikking gesteld voor tijdelijke bewoning. De ondernemer kon ook niet altijd controleren of de gebruikers familie waren van de consument.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Op grond van artikel 8 van de Recron-voorwaarden van 1 januari 2003 is gebruik door derden van een kampeermiddel slechts toegestaan, indien de ondernemer daarvoor schriftelijke toestemming heeft gegeven. Het is gebruikelijk dat een ondernemer de voorwaarden waaronder toestemming wordt verleend vastlegt in zijn gedrag- of andere regels. Dergelijke regels vallen onder het begrip “informatie” in artikel 1 sub k. van de Recron-voorwaarden.
Een ondernemer heeft het recht zijn gedrag- en andere regels aan te passen. Artikel 5 van de Recron-voorwaarden bepaalt dat de ondernemer ingrijpende wijzigingen in de informatie zes maanden voor het einde van het contractjaar aan de recreant bekend moet maken. Indien de informatie ingrijpend afwijkt t.o.v. de informatie zoals die is verstrekt bij het aangaan van de overeenkomst, heeft de recreant het recht de overeenkomst zonder kosten te annuleren.
De commissie is van oordeel dat de door de ondernemer per 1 januari 2004 voorgestelde wijziging van de regeling, inhoudende een beperking tot familieleden in de eerste graad en gebruik passend binnen het beleid van de ondernemer, de gebruiksmogelijkheden van de vakantiewoning van de consument niet op onredelijke wijze beperkt.
Aangezien de consument van oordeel is dat de wijziging in de regeling voor hem wel ingrijpend is, meent de commissie dat de ondernemer de wijziging 6 maanden voor het einde van het contractjaar had moeten aankondigen. Aangezien dit niet is gebeurd, kan de wijziging ten opzichte van de consument pas worden toegepast per 1 januari 2005.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ten dele gegrond is.
Beslissing
De wijziging in de Aanvullende voorwaarden ten aanzien van het gebruik van het kampeermiddel door derden per 1 januari 2004, wordt voor de consument pas van toepassing per 1 januari 2005.
De commissie wijst het meer of anders verlangde af.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie op 19 juli 2003.