Commissie: Recreatie
Categorie: Algemene voorwaarden
Jaartal: 2009
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
REC04-0388
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil Het geschil betreft het niet aanbieden van een seizoenovereenkomst voor het nieuwe seizoen door de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. De consument huurde al jaren een seizoenplaats bij de ondernemer. In oktober 2004 deelde de ondernemer de consument tot zijn grote verbazing mee dat hij in het nieuwe seizoen geen seizoenplaats aan de consument meer wilde verhuren. Begin vorig jaar werd hem al verteld dat hij geen vrijwilligerswerk meer mocht doen. De reden voor het niet aanbieden van een nieuwe overeenkomst zou zijn dat er klachten ontvangen zouden zijn over de consument en dat de sfeer op de camping gespannen zou zijn. De consument heeft echter nooit een conflict gehad met andere recreanten of de beheerder. Er heeft ook nooit een gesprek hierover plaatsgevonden en er is door de beheerder geen schriftelijke waarschuwing gegeven. De consument meent dat hij onterecht wordt behandeld en verlangt vergoeding van de verhuiskosten naar een andere camping en verdere schadevergoeding. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De ondernemer meent dat de organisatie een eigen verantwoordelijkheid heeft voor het al of niet accepteren van gasten op het terrein. De reden voor het niet aanbieden van een overeenkomst voor het nieuwe seizoen blijkt uit de correspondentie. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Uit de stukken blijkt dat de consument in 2004 een seizoenovereenkomst sloot met de ondernemer. Over duur en afloop van een seizoenovereenkomst bepalen de Recron-voorwaarden Seizoenplaatsen het volgende in artikel 3: “De overeenkomst eindigt van rechtswege na het verstrijken van de overeengekomen periode zonder dat daartoe een opzegging is vereist.” Aangezien geen sprake is van opzegging, kan de commissie niet toetsen of de ondernemer al dan niet terecht geen verlenging van de seizoenovereenkomst wenst. De ondernemer kan niet worden gedwongen een nieuwe overeenkomst met de consument aan te gaan, omdat er in beginsel contractvrijheid bestaat. Het is dus ter beoordeling van de ondernemer of hij al dan niet een nieuwe seizoenovereenkomst aanbiedt aan de consument. Aangezien er geen sprake is van een tekortschieten van de ondernemer, bestaat er geen verplichting voor de ondernemer de schade van de consument te vergoeden. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is. Beslissing Het door de consument verlangde wordt afgewezen. Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie op 21 februari 2005.