Ondernemer mag niet zonder zwaarwegende reden openingstijden veranderen

De Geschillencommissie




Commissie: Kinderopvang    Categorie: Openingstijden    Jaartal: 2018
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 116130

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Een ondernemer wijzigt de openingstijden van 10,75 uur naar 11 uur per dag. Een ouder dient hierover een klacht in. Een ondernemer mag de uren aanpassen en de prijs verhogen, als overeenkomst hiervoor een mogelijkheid biedt of de consument ermee instemt. Is dit niet het geval, dan kan de ondernemer dit alleen doen vanwege zwaarwegende redenen. Die zijn er bij deze klacht niet, de consument krijgt gelijk.

De consument klaagt, kort samengevat, over verruiming van de openingstijden van de kinderopvang bij de ondernemer van 10,75 naar 11 uur per dag en de daaraan gerelateerde prijsverhoging.

De consument heeft de klacht op 1 februari 2018 schriftelijk voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument

Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken, in het bijzonder naar het vragenformulier dat op 26 februari 2018 is ontvangen. In de kern komt dit standpunt op het volgende neer.

Sinds 6 november 2015 maakt de consument gebruik van dagopvang bij de ondernemer voor haar zoon, tot voor kort voor vier dagen per week gedurende 10,75 uur per dag. De ondernemer heeft eenzijdig besloten de af te nemen uren per 1 januari 2018 te wijzigen van 10,75 naar 11 uur per dag. Dit is zonder overleg gebeurd. Na correspondentie en telefonisch contact door de consument blijft de ondernemer erbij dat hij daar het recht toe heeft, terwijl dit niet in de algemene voorwaarden is opgenomen. De consument wil beslist geen gebruik maken van de extra openingstijden en wil daarom geen extra kosten betalen.

De ondernemer heeft aangegeven ofwel een contract aan te bieden voor 11 uur per dag, ofwel een contract voor 10,75 uur per dag waarbij de maandelijkse kosten zouden uitkomen op hetzelfde bedrag als het contract voor 11 uur omdat aan de consument in dat geval een hoger uurtarief berekend zou worden met een prijsverhoging van 4%. Dit zou neerkomen op een uurtarief van € 8,83 per uur, terwijl aan ouders met een contract voor 11 uur een uurtarief van € 8,62 berekend zou worden.

De consument verlangt dat haar contract, met de overeengekomen 10,75 uur opvang per dag, wordt nagekomen en met de prijsverhoging voor deze vestiging dan aldus € 8,62 per uur bedraagt.

Standpunt van de ondernemer

Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken, in het bijzonder naar het verweerschrift dat op 29 maart 2018 is ontvangen. In de kern komt dit standpunt op het volgende neer.

Per 1 mei 2017 zijn de vestigingen van de vorige kinderopvang, [naam van de kinderopvang], overgenomen door de ondernemer. De ondernemer heeft over het wijzigen van de openingstijden overleg gevoerd met de oudercommissie en het wijzigen van de openingstijden is meegenomen in het proces van de prijswijziging in het najaar van 2017. De ondernemer heeft dit specifieke overleg gevoerd met de oudercommissie en niet met de ouders omdat de oudercommissie adviesrecht heeft over het wijzigen van de openingstijden. Zij zijn een afvaardiging van de ouders van de vestiging en daarmee in de ogen van de ondernemer het orgaan waarmee het overleg plaatsvindt.

Aan de ouders is op 10 oktober 2017 het voornemen aangekondigd om per 1 januari 2018 de kinderdagverblijven die zijn overgenomen, een kwartier langer open te laten blijven, van 10,75 naar 11 uur per dag. De oudercommissie van deze locatie heeft een negatief advies afgegeven omdat zij verwacht dat er maar weinig ouders van het extra kwartier gebruik zullen maken en de commissie niet alle ouders wil laten meebetalen om een beperkt aantal ouders te faciliteren. De ondernemer heeft de wijziging toch doorgevoerd omdat ervan uit wordt gegaan dat het faciliteren van de verruimde openingtijden op den duur zal leiden tot meer gebruik ervan. De ondernemer heeft op 24 november 2017 de ouders geïnformeerd dat de wijziging ingevoerd zal worden. Als de consument het er niet mee eens is, staat het haar vrij het contract op te zeggen.

De ondernemer voert verder aan dat er alleen op deze vestiging geen prijsverhoging van 4 % is doorgevoerd voor het verruimde aantal uren. De ondernemer heeft bij alle andere filialen per 1 januari 2018 wel een prijsverhoging van 4% toegepast om de stijgende kosten te dekken. Bij de overgenomen filialen is een aantal afspraken met de vorige onderneming in lijn gebracht met de door de ondernemer gehanteerde afspraken, waaronder de verruiming van het aantal uren naar 11 uur per dag. Mede door deze verruiming kon de prijsverhoging op de overgenomen locaties beperkt blijven tot een verhoging van 8,49 per uur naar 8,62 per uur. Dit betekent, uitgaande van het nieuwe maandbedrag gedeeld door het toegenomen aantal uren, een prijsstijging van slechts 1,53% in plaats van 4%.

De ondernemer verzoekt daarom, zo begrijpt de commissie, de klacht van de consument ongegrond te verklaren.

Beoordeling van het geschil

De commissie stelt vast dat in dit geval sprake is van een wijziging van de overeenkomst, aangezien in de overeenkomst tussen partijen van 14 augustus 2015 is opgenomen dat het gaat om opvang gedurende 10,75 uur per dag, hetgeen de ondernemer wil wijzigen naar 11 uur per dag. De ondernemer heeft deze wijziging van de openingstijden conform artikel 60 van de Wet Kinderopvang voorgelegd aan de oudercommissie, die daarover bij deze locatie een negatief advies heeft uitgebracht. De ondernemer heeft aangegeven waarom hij van dat advies is afgeweken.

De commissie is van oordeel dat het de ondernemer in beginsel vrij staat om, binnen de wettelijke kaders, de door hem aangeboden dienstverlening aan te passen aan veranderde inzichten en eisen. Dit behoort tot de beleidsvrijheid van de ondernemer. De commissie is evenwel tevens van oordeel dat de ondernemer een verruiming van het aantal uren en daarnaast een prijsverhoging, zoals hier in geding, slechts aan de individuele consument kan opleggen indien en voor zover de tussen partijen geldende overeenkomst hiertoe uitdrukkelijk de mogelijkheid biedt, dan wel de consument daarmee instemt. In dit geval heeft de consument hier niet mee ingestemd. De overeenkomst biedt in zoverre ruimte, dat de ondernemer op grond van artikel 15 van de op de overeenkomst toepasselijke algemene voorwaarden de overeenkomst eenzijdig kan wijzigen op grond van zwaarwegende redenen. Onder zwaarwegende redenen vallen in ieder geval: wijzigingen van wet- en regelgeving, dan wel bedrijfseconomische omstandigheden die de continuïteit van de locatie waar het kind geplaatst is, in gevaar brengen.

Op grond van de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting is de commissie van oordeel dat van deze omstandigheden niet is gebleken; de commissie acht onvoldoende aannemelijk gemaakt dat er sprake is van dusdanig zwaarwegende redenen, dat verruiming van de openingstijden van 10,75 naar 11 uur per dag noodzakelijk is om de continuïteit van de locatie te waarborgen. Dit brengt mee dat de ondernemer niet gerechtigd is om het overeengekomen aantal opvanguren gedurende de looptijd van de overeenkomst eenzijdig te wijzigen en de ondernemer deze overeenkomst onverkort dient na te komen. De commissie weegt daarbij mee dat de verruiming van de openingstijden wellicht op andere locaties wel gewenst is, maar dat de ondernemer, mede gezien de afwijzing door de oudercommissie, onvoldoende aannemelijk heeft kunnen maken dat deze wijziging door de ouders op deze locatie noodzakelijk zou zijn.

De ondernemer heeft aangevoerd dat hij in verband met de kostenstijgingen per 1 januari 2018 een prijsverhoging van 4% diende door te voeren om rendabel te blijven, maar dat de prijsverhoging op de overgenomen locaties verrekend kon worden met de verruiming van het aantal opvanguren, waardoor slechts een prijsverhoging van 1,53% doorgevoerd hoefde te worden. Naar het oordeel van de commissie neemt dit niet weg, dat de ondernemer niet gerechtigd is het aantal opvanguren eenzijdig te wijzigen, hetgeen op deze manier via een omweg wel gebeurt. Nu de consument een contract met de ondernemer is aangegaan voor 10,75 uur per dag en zij niet met verruiming van de uren akkoord gaat, acht de commissie het redelijk dat de ondernemer aan haar de mogelijkheid biedt om 10,75 uur opvang per dag af te blijven nemen, uitgaande van de uurprijs voor deze locatie met de verhoging van 1,53% naar € 8,62 per uur. Het maandbedrag van de consument komt in dat geval uit op: € 8,62 x 10,75 uur x 4 dagen x 52 weken: 12 = € 1.606,19 per maand. Het staat de ondernemer overigens vrij om aan de ouders die daarmee akkoord gaan en aan nieuwe ouders een contract aan te bieden voor 11 uur per dag, hetgeen ook is gebeurd.

Ten overvloede merkt de commissie op dat het op de weg van de ondernemer had gelegen om de gewenste wijze van doorberekenen van de prijsverhoging duidelijker aan de oudercommissie en de consument te communiceren. Pas ter zitting zijn de precieze feiten en omstandigheden hiervan duidelijk geworden.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.

Voor zover door partijen aangevoerde argumenten c.q. klachten niet zijn besproken, kan daarvan worden afgezien, omdat deze niet tot een andere beslissing kunnen leiden.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De klacht is gegrond.

De ondernemer dient met ingang van 1 januari 2018 de kinderopvang van 10,75 uur per dag te continueren volgens de lopende overeenkomst met consument, doch tegen het verhoogde tarief van € 8,62 per uur, zodat de consument uitkomt op een bedrag van € 8,62 x 10,75 uur x 4 dagen x 52 weken: 12 = € 1.606,19 per maand. De ondernemer dient het teveel betaalde vanaf 1 januari 2018 aan de consument terug te betalen.

Bovendien dient de ondernemer, ingevolge het reglement van de commissie, een bedrag van
€ 25,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.

De commissie wijst het meer of anders verlangde af.

Aldus beslist op 5 juni 2018 door de Geschillencommissie Kinderopvang.