Commissie: Kinderopvang
Categorie: Kosten / Prijs
Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
200912/206593
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De consument klaagt over de prijswijziging die de ondernemer heeft doorgevoerd. De consument voert onder meer aan dat er geen wijzigingsbeding in de overeenkomst is opgenomen. De ondernemer voert aan dat de prijswijziging is goedgekeurd door de oudercommissie, vanwege inflatie. Ook schrijft de ondernemer dat prijswijzigingen voorbehouden zijn. De commissie stelt allereerst vast dat er geen algemene voorwaarden van toepassing zijn op de overeenkomst. De commissie oordeelt dat de ondernemer op basis van de gesloten overeenkomst bevoegd is om de prijs te wijzigen. De klacht is dan ook ongegrond.
De uitspraak
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Kinderopvang (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 15 mei 2023 te Den Haag.
Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen. De consument is verschenen samen met [naam]. De ondernemer werd vertegenwoordigd door [naam] en [naam].
Partijen hebben ter zitting hun standpunt toegelicht.
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft de prijsverhoging met ingang van 1 januari 2023.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.
De consument is met de ondernemer een overeenkomst aangegaan voor de opvang van de dochter van de consument. De overeenkomst is aangegaan voor drie dagen per week en 12 uur per dag met een overeengekomen uurtarief van € 9,74. In de overeenkomst is geen (prijs)wijzigingsbeding/ indexeringsbeding ten aanzien van de uurprijs opgenomen. Er is uitsluitend aangegeven dat prijswijzigingen zijn voorbehouden, zonder dat duidelijk gemaakt is wat dat betekent. Per 1 januari 2023 heeft de ondernemer de uurprijs verhoogd naar € 10,96.
In tegenstelling met wat in een nieuwsbrief wordt aangeven, staat daar geen hogere toeslag tegenover. Dit kost de consument bijna € 200,– netto per maand extra.
De consument stelt primair dat de ondernemer de prijs niet kan verhogen. Daarnaast is de prijsverhoging onredelijk. Bij kinderopvangorganisaties in de buurt is de uurprijs lager en bestaat de keuze minder uren af te nemen. De consument brengt zijn dochter per dag nooit langer dan 9 uur, terwijl de prijsverhoging geldt voor 12 uur per dag. Het is voor de consument niet mogelijk naar een andere opvang te gaan omdat nergens plaats is. De consument heeft geprobeerd met de ondernemer hierover te corresponderen, maar dat gaat erg stroef.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.
De ondernemer heeft de prijsverhoging ter goedkeuring aan de oudercommissie voorgelegd. De oudercommissie heeft een positief advies gegeven. Er is sprake van een enorme inflatie en zeer stijgende personeelskosten waardoor de ondernemer genoodzaakt is de prijs te verhogen. Op 27 oktober 2022 heeft de ondernemer een nieuwsbrief naar de ouders verstuurd waarin de prijsverhoging is aangekondigd en waarbij ouders erop zijn geattendeerd wijzigingen aan de belastingdienst door te geven. Op de getekende plaatsingsovereenkomst staat duidelijk dat prijswijzigingen voorbehouden zijn.
De uurprijs die in de getekende overeenkomst staat is ook de prijs voor 2022 en zo staat dit ook in de overeenkomst opgenomen. De ondernemer is 12 uur per dag geopend. Dat is altijd zo geweest en hier is dus geen wijziging in opgetreden. De consument mag en kan zijn dochter alle overeengekomen dagen brengen van 07:00 uur tot 19:00 uur. Dit is ook meerdere keren medegedeeld aan de consument.
De ondernemer beschikt over genoeg personeel om de kinderen op te vangen. Indien dit onverhoopt een keer niet zo is, dan worden de ouders verzocht om het kind op te halen/thuis te houden en deze dag wordt uiteraard financieel gecompenseerd. De consument heeft ook de voorzitter van de oudercommissie gesproken en deze heeft persoonlijk aan de consument uitgelegd waarom de oudercommissie een positief advies heeft uitgebracht.
Beoordeling van het geschil
De consument beklaagt zich over de door de ondernemer per 1 januari 2023 doorgevoerde tariefverhoging. De consument is van mening dat de ondernemer hiertoe niet mocht overgaan. Verder vindt hij de per 1 januari 2023 doorgevoerde prijswijziging onvoldoende onderbouwd en onredelijk hoog.
Op grond van de stukken staat vast dat partijen een overeenkomst hebben gesloten met betrekking tot de opvang van de dochter van de consument, op welke overeenkomst geen algemene voorwaarden van toepassing zijn. In de overeenkomst is op de eerste pagina aangegeven dat prijswijzigingen zijn voorbehouden. Op pagina 2 staat dat de genoemde tarieven gelden voor de contractperiode in 2022 en verder dat de tarieven jaarlijks worden herzien. Niet duidelijk is – partijen verschillen daarover van mening – of pagina 2 door de consument is ontvangen bij het aangaan van de overeenkomst. Het lijkt aannemelijk dat de consument ook deze pagina heeft ontvangen. Deze is evenwel niet voor akkoord door of namens de consument ondertekend. Wat hier ook van zij, de commissie is van oordeel dat de ondernemer, gelet op pagina 1 van de door partijen gesloten overeenkomst, bevoegd is de tarieven aan de passen en dat de consument hiervan op grond van de overeenkomst op de hoogte was of kon zijn.
De commissie stelt voorts vast dat in de overeenkomst geen maximum voor een tariefsverhoging is aangegeven en evenmin dat er wet- of regelgeving is die een maximum voor een tariefverhoging voorschrijft. Uit de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting blijkt dat de prijswijziging is voorgelegd aan de oudercommissie en dat de oudercommissie vervolgens positief heeft geadviseerd.
Hoewel de commissie bij de stukken niet het positieve advies van de oudercommissie heeft aangetroffen, is de commissie van oordeel dat de ondernemer, nu door beide partijen wordt erkend dat sprake is van een positief advies van de oudercommissie, de prijsstijging in het traject met de oudercommissie voldoende heeft onderbouwd en het proces met betrekking tot de tariefwijziging op zorgvuldige wijze heeft doorlopen.
De ondernemer is niet gehouden de individuele ouders bij het traject te betrekken, nu deze zijn vertegenwoordigd in de oudercommissie aan wie, zoals hiervoor overwogen door de ondernemer advies in deze is gevraagd, en de oudercommissie de belangen van de individuele ouders behartigt. Dat de consument door deze prijsstijging onaangenaam is verrast leidt niet tot een ander oordeel.
De ondernemer heeft op 27 oktober 2022 aan de consument (en de andere ouders) laten weten dat het tarief per 1 januari 2023 wordt verhoogd. Naar het oordeel van de commissie is de prijswijziging daarmee op tijd aangekondigd.
De consument beklaagt zich voorts over het feit dat de prijsstijging geldt voor 12 uren per dag, terwijl de consument zijn dochter maar 9 uur per dag naar de ondernemer brengt. De commissie is van oordeel dat het een eigen afweging van de consument is hoe lang hij zijn dochter naar de ondernemer brengt. De mogelijkheid bestaat wel om de 12 overeengekomen opvanguren af te nemen.
Vorenstaande overwegingen brengen de commissie tot het oordeel dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat de prijsverhoging onvoldoende is onderbouwd, dan wel onzorgvuldig is voorgelegd aan de oudercommissie of onredelijk hoog is. De klacht is dan ook ongegrond.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart de klacht ongegrond.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Kinderopvang, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, de heer drs. T. Blom, mevrouw mr. E.E. Aberson, leden, in aanwezigheid van mevrouw
mr. M. Gardenier, secretaris, op 15 mei 2023.