Ondernemer moet boete voor het vergeten in te checken terugbetalen

De Geschillencommissie




Commissie: Openbaar Vervoer    Categorie: Boete / Vergeten in te checken / Vergoeding    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: gegrond   Referentiecode: 208336/228064

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De uitspraak gaat over een vervoersovereenkomst tussen consument en ondernemer. Het geschil betreft een boete. De consument wordt gecontroleerd in de trein door een conducteur en blijkt niet te hebben ingecheckt. De consument stelt zich op het standpunt dat hij bij zijn overstap per ongeluk heeft uitgecheckt. Beide treinen zijn van ondernemer dus dat had niet gehoeven. Bij deze overstap is hij gecontroleerd door een conducteur die hem in de trein daarvoor ook al had gecontroleerd. Omdat de consument niet is ingecheckt krijgt hij een boete. De ondernemer heeft zijn standpunt niet aan de commissie kenbaar gemaakt. De commissie beslist als volgt. De ondernemer heeft de gang van zaken niet weersproken, zodat de commissie van de juistheid daarvan uitgaat. De commissie ziet daarin aanleiding aan de consument een vergoeding te geven ter hoogte van de betaalde boete. De klacht is gegrond.

De uitspraak

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Openbaar Vervoer (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken. De behandeling heeft plaatsgevonden op 14 december 2023 te Den Haag. Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen. De consument heeft ter zitting via een videoverbinding het standpunt toegelicht. Door de ondernemer is geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid ter zitting het standpunt toe te lichten.

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer. Het geschil betreft een boete. De consument heeft een bedrag van € 15,– niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Mijn zoon heeft op 18 maart een ritje gemaakt naar Leeuwarden. Daar gecontroleerd door conducteur. Vervolgens stapt hij over naar de trein naar Bedum. Per ongeluk uitgecheckt. Beide treinen zijn van de ondernemer dus dit had niet gehoeven blijkbaar. Hij heeft ingecheckt en stapt gelijk in de trein naar Bedum. Hij heeft een abonnement. Heeft dezelfde conducteur als die van de trein uit Leeuwarden hem gecontroleerd bij de uitgang op station Bedum. Blijkt dat hij niet was ingecheckt. Hij heeft aangegeven dat de incheck waarschijnlijk verkeerd is gegaan. Zij heeft toen niet aangegeven dat hij een boete kreeg, alleen zijn gegevens vlak voordat hij uitstapte opgevraagd. Let op: dit betreft dus dezelfde conductrice die hem in Leeuwarden heeft gecontroleerd en zij herkende hem. Waarom zou iemand zwartrijden van Groningen naar Leeuwarden retour en op een ritje van Groningen naar Bedum van nog geen 10 minuten zwart rijden.

Een jongen van 14 van wie zijn moeder zijn reiskosten betaald. Ontzettend onduidelijke situatie met [derde partij] en [naam ondernemer] laadpalen op de stations (in Groningen niet bij de uitgang maar op de perrons) en hij had dus niet moeten uitchecken, want daardoor is zijn incheck te snel geweest. Ik krijg op 20 maart een brief met boete. Ik dien gelijk op 22 maart een bezwaar in. Ik heb nog geen antwoord. En nu krijg ik een brief op 3 april dat de boete is verhoogd met 15 euro. Ik ben echt woedend. Eerst al om de ontzettend klantonvriendelijke conducteur en daarna met deze asociale verhoging. Hoezo mogen zij meer dan twee weken wachten met beantwoorden van het bezwaar en krijg ik niet eens een herinnering maar gelijk een verhoging? Ik ben zelf ambtenaar maar heb dit staaltje klantonvriendelijkheid nog nooit meegemaakt.

Standpunt van de ondernemer
De ondernemer heeft een standpunt niet aan de commissie kenbaar gemaakt.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen. De ondernemer heeft de gestelde gang van zaken niet weersproken, zodat de commissie van de juistheid daarvan uitgaat. De commissie ziet daarin aanleiding aan de consument een vergoeding te geven ter hoogte van de betaalde boete. Het in depot gestorte bedrag kan aan de consument worden gerestitueerd. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De ondernemer betaalt binnen vier weken na datum verzending bindend advies aan de consument een bedrag van € 50,–.

Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 27,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld. Met inachtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend. Het in depot gestorte bedrag van € 15,– wordt aan de consument gerestitueerd. Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Openbaar Vervoer, bestaande uit mr. D.J. Buijs, voorzitter, mr. P. Vonk en mr. M.A. Keulen, leden, op 14 december 2023.