Ondernemer verandert na vele verzoeken pas na 2 jaar het adres van de consument, klacht gegrond

  • Home >>
  • Water >>
De Geschillencommissie




Commissie: Water    Categorie: Overeenkomst    Jaartal: 2019
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 117973

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft het gebruik van verkeerde adresgegevens van de consument door de ondernemer.

De consument heeft in mei 2018 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.

In 2016 kreeg de consument een jaarafrekening, maar er stond een verkeerd adres op.
Het was het adres van [naam schuldhulpverlener] en dat is niet goed.
Na het indienen van de klacht op 15 mei 2018 kreeg de consument een mail op 22 mei 2018 met de mededeling dat het adres was veranderd.

Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

De Schuldhulpverlening heeft te snel een procedure gestart en heeft ook de ondernemer verteld dat de consument in de schuldsanering was.
Dat was niet zo, maar de ondernemer heeft toen toch het adres van de schuldhulpverlening opgenomen in de administratie.
De consument heeft veel en vaak gebeld en doorgegeven dat het adres niet klopte, maar hij werd niet serieus genomen. Er gebeurde niets en de consument moest er steeds achteraan om een en ander veranderd te krijgen. De indruk was gewekt dat de medewerkers van de ondernemer de consument niet vertrouwden.
Uiteindelijk is het adres dan toch veranderd in het juiste adres van de consument.
Een kennis heeft geadviseerd over de hoogte van het te vorderen bedrag aan schadevergoeding

De consument verlangt een schadevergoeding van € 2.500,– per jaar dus in totaal € 5.000,–.

Standpunt van de ondernemer

Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.

De consument is sinds 2 augustus 2007 contractant.
Op 21 januari 2014 laat de consument weten dat hij de facturen digitaal wil ontvangen en dat gebeurt sindsdien ook.
Op 3 september 2015 laat [naam schuldhulpverlener] weten dat de consument een beschermingsbewind heeft aangevraagd en aan de ondernemer wordt verzocht het postadres van de consument te veranderen in het adres van Schuldhulp.
De ondernemer wijzigt het adres en voert de nodige wijzigingen door in de administratie.
Op 15 januari 2016 laat [naam schuldhulpverlener] weten dat de aanvraag niet wordt doorgezet door de consument en de aanvullende wijzigingen worden verwijderd, alleen het adres wordt jammer genoeg niet veranderd.
De consument heeft daar geen nadelige gevolgen gehad. De facturen zijn hem digitaal toegestuurd en de facturen zijn geïncasseerd.
De consument geeft niet aan op grond waarvan hij de vergoeding vordert.
De consument heeft niet voldaan aan de voorwaarde zijn klacht eerst aan de ondernemer voor te leggen en dient daarom niet ontvankelijk te worden verklaard in zijn klacht.

Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

Dat de consument veel heeft gebeld over de adreswijziging is in de administratie van de ondernemer niet terug te vinden. De consument heeft geen op geld waardeerbare schade geleden. Voordat het geschil aanhangig werd gemaakt was een en ander al geregeld. Als het de consument om geld te doen is, dan dient zij niet ontvankelijk te worden verklaard in haar klacht.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

Als onbetwist tussen partijen staat vast dat  [naam schuldhulpverlener] (verder: Schuldhulp) de ondernemer op 3 september 2015 heeft ingelicht over het feit dat de consument zich heeft aangemeld voor een Beschermingsbewind conform titel 19 Boek 1 Burgerlijk Wetboek. De ondernemer heeft vervolgens desgevraagd de correspondentie met de consument naar Schuldhulp gestuurd.

Op 15 januari 2016 laat Schuldhulp weten dat de aanvraag is beëindigd met het verzoek de correspondentie weer rechtsreeks naar de consument te zenden.

Op 15 mei 2018 stuurt de consument een mailbericht aan de ondernemer waarin zij – kort samengevat –  meldt dat zij al lang bezig is om de ondernemer duidelijk te maken dat zij niet onder bewind is gesteld en al twee jaar bezig is om duidelijk te maken dat haar adres is: Elferinksweg in Enschede.
Verder stelt zij de ondernemer in die mail aansprakelijk en vraagt zij om een schadevergoeding.

Vervolgens neemt de ondernemer op diezelfde dag (15 mei 2018) het adres van de consument weer op als correspondentie adres in zijn administratie; dit naar aanleiding van het hiervoor genoemde mailbericht van de consument.

Anders dan de ondernemer kennelijk meent, blijkt naar het oordeel van de commissie dat de consument haar klacht wel degelijk eerst aan de ondernemer heeft voorgelegd voordat zij het geschil bij de commissie op 4 juni 2018 aanhangig maakte.
Dat de ondernemer heeft gereageerd op de aansprakelijkstelling en het verzoek om schadevergoeding, is niet gebleken.
Naar het oordeel van de commissie kan de consument ontvangen worden in dit geschil.

Op grond van het voorgaande en alle aan de commissie gebleken feiten en omstandigheden in aanmerking nemende, is de commissie van oordeel dat de ondernemer bij het uitvoeren van het overeengekomene zodanig tekort is geschoten en de consument daardoor zodanig ongerief heeft ondervonden, dat de ondernemer consument een vergoeding verschuldigd is.
De commissie stelt deze vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid vast op het hierna te noemen bedrag.

De commissie neemt daarbij in aanmerking dat de ondernemer ruim twee jaar lang heeft verzuimd een adreswijziging door te voeren in zijn administratie waar herhaaldelijk om is gevraagd.
De commissie heeft geen aanleiding gevonden om te twijfelen aan de mededeling in dat verband van de consument.
Het enkele feit dat de consument ook steeds via de mail haar facturen heeft ontvangen en geen betalingsachterstand heeft, is op geen enkele wijze een rechtvaardiging voor de gang van zaken.

Het door de consument gevorderde bedrag is naar het oordeel van de commissie veel te hoog en staat niet in verhouding tot de mate van ongerief voortvloeiend uit het herhaaldelijk aandacht moeten vragen van de ondernemer om de adreswijziging door te voeren, die de commissie aannemelijk acht.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ten dele gegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 100,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.

De commissie wijst het meer of anders verlangde af.

Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 27,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Water, bestaande uit
mr I.E. de Vries, voorzitter,
mr A.G. Vermaat en drs L. van Rootselaar, leden, op 9 oktober 2018.