Onduidelijk wat tussen partijen is overeengekomen. Stelling consument niet nader bewezen

De Geschillencommissie




Commissie: Bouw-en afbouwmaterialen    Categorie: Totstandkoming overeenkomst    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: BOU09-0003

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 11 januari 2007 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren en monteren van een ombouw van een keuken tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 17.000,–. De oplevering vond plaats op of omstreeks 3 maart 2008. De consument heeft op 20 januari 2008 de klacht voorgelegd aan de ondernemer. De consument heeft een bedrag van € 2.999,99 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Bij aanschaf van de keuken is afgesproken dat de koelkast in een nis zou worden geplaatst die zo diep zou zijn dat de hele koelkast daarin zou wegvallen. Dat was van belang, omdat het om een moderne, strakke keuken gaat.   De consument heeft van het afgesproken merk en type zelf bij een derde een koelkast aangeschaft. Toen die werd afgeleverd en geplaatst moest worden, bleek deze – in strijd met de gemaakte afspraak – niet volledig in de nis te passen.   Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   Het discussiepunt is wat er is gezegd bij gelegenheid van het verkoopgesprek. Door mij is aangegeven dat wij een strakke keuken wilden, met strakke wanden. Die hebben we nu niet, omdat de koelkast uit de nis steekt. De nis is diep genoeg om er de hele koelkast in te zetten, maar dan kan hij niet meer open, althans niet goed. Ik kijk daardoor vanuit de woonkamer telkens op een koelkast die een aantal centimeters uit de wand van de keuken uitsteekt. Dat ziet er niet strak uit en daar erger ik mij voortdurend aan en dat was niet overeengekomen.   Het probleem is verholpen door de nis aan beide zijden 5 cm breder te maken. Mijn voorstel zou zijn om de kosten daarvan 50:50 te delen. De ondernemer heeft wel aangeboden om de situatie te veranderen, maar daar moest ik dan € 900,– voor betalen en dat vond ik niet acceptabel.   Het is juist dat de geplaatste koelkast geen inbouwapparatuur is.   De consument verlangt herstel conform de oorspronkelijke afspraak (zodat de koelkast volledig in de nis past).   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument heeft voor € 17.000,– een keuken gekocht. Op de tekening/plattegrond die van de keuken is gemaakt, staat al aangegeven dat de koelkast iets uit de nis zou steken. Dat is gedaan om de deuren normaal te kunnen openen. In de showroom is een identieke situatie opgebouwd, waarin de koelkast ook buiten de nis steekt. De consument heeft dat ook gezien en die situatie heeft als basis gediend voor het keukenontwerp.   Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. Bij het maken van de afspraken is overeengekomen dat we de keuken zouden maken zoals zichtbaar in onze toonzaal. Ook in die situatie sprong de koelkast er iets naar voren uit. De consument heeft dat gezien en heeft daarmee ingestemd. Bovendien is die situatie op de tekening gezet.   De nis is inderdaad op zich groot genoeg om de koelkast daarin weg te laten vallen. Welke consequenties dat zou hebben voor de ventilatie en afvoer van bij het koelen vrijkomende warmte, kan ik zo niet zeggen. Punt is, dat in dat geval de deur van de koelkas niet goed geopend kan worden. Maar dat komt omdat deze koelkast geen inbouwapparatuur is. Daarom is deze nooit zo strak te plaatsen als bijvoorbeeld een magnetron.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Partijen verschillen met elkaar van mening over de vraag of de keuken is opgeleverd conform de bij het aangaan van de overeenkomst gemaakte afspraken. Vanuit technisch oogpunt deelt de commissie de visie van de ondernemer dat een andere oplossing dan de gekozen niet mogelijk is, althans niet zonder aantasting van een ander visueel aspect van de keukenwand door het maken van twee forse kieren aan beide zijden van de koelkast (met alle onpraktische gevolgen van dien van hygiënische aard).   Dat een afspraak is gemaakt zoals gesteld door de consument, volgt niet uit de overgelegde stukken. Daaronder bevindt zich wel een tekening die door de ondernemer is gemaakt van de keuken en waarop de koelkast is ingetekend op de wijze waarop deze nu is geplaatst. Dat de consument naar aanleiding van deze tekening bezwaar heeft gemaakt, is niet aangevoerd of gebleken. De commissie neemt daarom aan dat deze tekening de overeengekomen situatie weergeeft. Voor zover de consument nu een aanpassing van die situatie wenst, acht de commissie in dit geval geen redenen aanwezig om van de ondernemer te verlangen dat hij (een deel van) de daarmee samenhangende kosten voor eigen rekening neemt.   Het voorgaande voert dan ook tot de navolgende beslissing.   Beslissing   Het door de consument verlangde wordt afgewezen.   Met in achtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag ad € 2.999,99 als volgt verrekend. Het volledige depot wordt uitbetaald aan de ondernemer.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Bouw- en Afbouwmaterialen op 13 november 2009.