Onjuiste montage door ondernemer leidt tot lekkage

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Installerende bedrijven    Categorie: Ondeugdelijke levering / (non-)conformiteit    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: INS04-0120

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 11 december 1998 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van leveren en monteren van [een CV-ketel en boiler] met toebehoren tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van ƒ 11.426,88 (€ 5.185,29). De levering en de overeengekomen werkzaamheden vonden plaats in 1999. De consument heeft op 14 april 2004 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Door onjuiste montage door ondernemer is er lekkage ontstaan in de aluminium afvoerpijp tussen de CV-ketel en de schoorsteen, waardoor een lekkage in de kelder is ontstaan. Voorts zijn er door ondeugdelijke uitvoering van de werkzaamheden problemen ontstaan met condenswater, wat terugvloeit en naar het riool gepompt wordt, waardoor in 2002 een nieuwe pomp moest worden geïnstalleerd.   De consument verlangt vergoeding van de vervangen condenspomp ad € 118,92, vergoeding van gestort klachtengeld ad € 115,–, vergoeding van de geraamde herstelkosten € 285,– exclusief BTW en van nog nader te specificeren onderzoekskosten, gemaakt voor inschakeling van een deskundige van [de fabrikant].   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   Onduidelijk is of de klachten voortkomen uit een onjuiste montage of uit onvoldoende onderhoud. Ondernemer past deze wijze van montage (dus zonder T-stuk en afzonderlijke condenswaterafvoer, directe aansluiting van roestvrijstaal op aluminium) standaard toe en krijgt weinig klachten. In die gevallen waarin met ondernemer na aanleg van een installatie ook een servicecontract wordt gesloten is ondernemer er bij uitvoering van onderhoudswerkzaamheden in verband met mogelijke verontreiniging van condenswater wel iets alerter op dat het chiffon tijdig wordt schoongemaakt. Ingeval er klachten komen wordt doorgaans volstaan met het plaatsen van een tussenring tussen het roestvrij staal en het aluminium.   Toen de pomp defect raakte, heeft consument niet ons maar een ander bedrijf ingeschakeld om dit probleem op te lossen.   Deskundigenrapport   De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld.   Verder was [de servicedeskundige van de ketelleverancier] bij het onderzoek aanwezig.   Zoals de consument in zijn rapport aangeeft; zijn er problemen met de condensafvoer van de ketel. De condenspomp is al een keer defect geweest en vervangen. De aluminium rookgasafvoer is gaan lekken, vermoedelijk door elektrolytische werking van het condenswater.   Vaktechnisch oordeel Omdat de problemen duidelijk betrekking hebben op de wijze waarop de ketel is geïnstalleerd heb ik [de ketelleverancier] gevraagd of er een servicedeskundige bij het onderzoek aanwezig kon zijn. Samen met deze deskundige is het onderzoek uitgevoerd. Hierbij is geconstateerd dat de rookgas-afvoer inderdaad niet volgens de richtlijnen van de leverancier is aangebracht. Het roestvrij staal is direct op het aluminium aangesloten. Dit heeft als gevolg dat de in de roestvrijstalen rookgasafvoer condenswater vrijkomt van een andere zuurgraad dan in de aluminium buis. De elektrolytische werking van dit condenswater veroorzaakt de lekkages in de rookgasafvoer en het defect raken van de condenspomp. Het vrijkomende condenswater kan ook de schade aan de ketel veroorzaken.   Herstel Herstel is vrij eenvoudig uit te voeren. Door in de rookgasafvoer een T-stuk te monteren en de extra aansluiting aan te sluiten op de aanwezige condensleiding wordt het condenswater op de juiste wijze afgevoerd en kan het geen schade meer veroorzaken. De problemen zijn hiermee definitief verholpen. De kosten hiervoor bedragen:   een roestvrij stalen T-stuk: € 45,– pvc-afvoermateriaal inclusief een pvc-verloopstuk: € 60,– montage 4 uur servicemonteur à € 45,–: € 160,– Totaal (ex BTW): € 265,– inclusief BTW: € 313,35   5. Toelichting   Zoals in het rapport staat aangegeven is het onderzoek door Nefit geen garantie, zodra de kosten bekend zijn zullen deze met de overige kosten door mij worden gedeclareerd.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De vraag die voorligt is of ondernemer in dit geval deugdelijk werk heeft afgeleverd door bij de montage van het rookgasafvoerkanaal voor de cv-ketel een roestvrijstalen en aluminium buis direct op elkaar aan te sluiten. De commissie vindt van niet. Tussen partijen is niet in discussie, en de deskundige denkt er niet anders over, dat de gekozen oplossing meer (verontreinigd) condenswater via de ketel laat afvoeren. Afvoer van meer condenswater hoeft de werking van de ketel op zich niet ongunstig te beïnvloeden. Afvoer van sterker verontreinigd condenswater (te weten met een ongunstiger zuurgraad) doet dat wel en maakt de ketel onderhoudsgevoeliger. Indien van aanvang af een tussenring was geplaatst zou dit het probleem hebben beperkt.   De commissie heeft voorts vastgesteld dat in de installatie-instructie van [de ketel] vermeld staat: ‘bij een lengte van meer dan 10 meter van de rookgasafvoer moet een aparte condensafvoer worden aangebracht worden die voorkomt dat het condenswater in het toestel terechtkomt. Dit is mogelijk door een condensring van dezelfde diameter als het rookgasafvoerkanaal te monteren in een horizontaal of verticaal lopend kanaaldeel’. Onweersproken is door consument gesteld dat de rookgasafvoer in zijn geval langer was dan 10 meter. Bij deugdelijke installatie van de ketel had dan ook, mede gezien de klachten die later zijn ontstaan, de plaatsing van genoemde condensring inbegrepen moeten zijn. Deugdelijke uitvoering van het werk betekent derhalve dat al van aanvang af een condensring had moeten worden geplaatst waardoor waarschijnlijk tegelijkertijd elektrolyse zou zijn tegengegaan of dat bij het uitbrengen van een offerte zonder die ring, gelet op de in deze toepasselijke algemene voorwaarden [branchevereniging] artikel 5, derde lid, de consument zou zijn voorgehouden dat de voorgestelde oplossing onderhoudsgevoeliger zou kunnen zijn. Dat laatste heeft ondernemer echter niet aangevoerd.   Ondernemer heeft ter zitting aangevoerd dat het standaard opnemen van een condensring de offerte minder concurrerend maakt ten opzichte van andere ondernemers, die dat niet doen. Het kan echter niet zo zijn dat uit een offerte uit prijstechnische overwegingen voorzieningen worden weggelaten, die volgens de toepasselijke installatievoorschriften nodig zijn, om daarna de gevolgen ervan, schade of het alsnog aanbrengen van die voorzieningen, voor rekening van de klant te laten. Bovendien kan het aanbieden van een iets duurdere – mits goed gemotiveerde – oplossing ook klanten trekken. Conclusie van het voorgaande is dat ondernemer gehouden is alsnog op zijn kosten een condensring te plaatsen, zoals dat door de deskundige is beschreven. Een vervangende vergoeding voor het geval ondernemer niet tijdig die verplichting zou nakomen lijkt de commissie vooralsnog niet noodzakelijk. Met betrekking tot de vervangen condenspomp merkt de commissie op dat hoofdregel is dat indien een defect wordt vastgesteld, eerst de installateur die daarvoor aansprakelijk is in de gelegenheid wordt gesteld dit te verhelpen. Ondernemer heeft dat ook als verweer gevoerd. Daartegenover heeft consument aangevoerd dat het defect aan de condenspomp is vastgesteld door de firma die onderhoud uitvoerde en dat die firma de pomp heeft vervangen, omdat op dat moment nog niet duidelijk was dat een fout in de montage van de rookgasafvoer daar uiteindelijk de oorzaak van was, zodat tussentijdse raadpleging van ondernemer in redelijkheid ook niet van consument gevergd kon worden. Laatstgenoemd standpunt lijkt de commissie steekhoudend. Ondernemer is dan ook gehouden tot vergoeding van de vervangingskosten van de pomp en stelt de vergoeding daarvoor onder aftrek van een bedrag voor afschrijving op € 100,–. De rekening van [de ketelleverancier] voor het bijwonen van het deskundigenonderzoek ziet de commissie als een verlengstuk van de kosten van het deskundigenonderzoek zelf en deze zal dus ten laste komen van de Stichting Geschillencommissies in Consumentenzaken.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De ondernemer voert binnen twee maanden na verzending van dit advies de werkzaamheden uit die hierboven bij de beoordeling van het geschil zijn beschreven.   Ondernemer vergoedt aan consument binnen een maand na verzending van dit advies de vervangingskosten van de condenspomp, begroot op € 100,–   De ondernemer betaalt aan consument het klachtengeld ten bedrage van € 115,–.   Overeenkomstig het reglement betaalt de ondernemer aan de commissie behandelingskosten ten bedrage van € 160,–.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Installerende Bedrijven op 21 december 2004.