Ontbinding overeenkomst wegens gebreken tegen restwaarde televisie

De Geschillencommissie




Commissie: Thuiswinkel    Categorie: (non)conformiteit    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 130598/133735

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De consument heeft een televisie aangeschaft die gebreken vertoont. Het reparatieverzoek van de consument verliep niet zoals gewenst. De consument wenst kosteloos herstel of vervanging van het toestel of ontbinding van de overeenkomst. Volgens de ondernemer is er geen sprake van non-conformiteit. De ondernemer heeft herstel aangeboden, waarvan een deel door de consument zou worden betaald. De deskundige stelt vast dat het om ernstige gebreken gaat waarvan herstel mogelijk zou zijn. De commissie stelt vast dat de fabrieksgarantieduur inmiddels is verstreken en verwijst naar Uneto-VNI onderzoek. Het geschilpunt gaat nu over het bedrag dat de ondernemer verschuldigd is bij ontbinding. De commissie oordeelt dat het aanbod van de ondernemer, waarbij ontbinding tegen betaling van de restwaarde werd voorgesteld, redelijk is. Om die reden wordt de klacht afgewezen.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft non-conformiteit van een televisie.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Op 26 oktober 2018 heeft de consument een nieuwe televisie van het merk Samsung, type UE55NU7100 via de website van de ondernemer gekocht. De televisie heeft sinds eind juli/begin augustus 2021 gebreken, doordat deze zwarte doffe vlekken op het beeldscherm vertoont. Deze vlekken zijn na enkele dagen veel groter geworden.

De consument heeft hierover telefonisch contact opgenomen met de ondernemer. Dit contact verliep zeer stroef, omdat er geen reparatieformulier per e-mail werd toegestuurd. Na weer telefonisch contact moest handmatig het formulier zijdens de ondernemer worden ingevuld. Het duurde weer enkele dagen, voordat deze werd verzonden naar de reparatieservice van de ondernemer. Na meerdere malen een e-mail te hebben gestuurd met de vraag wat de status is van het reparatieverzoek ontving de consument een kostenopgave waar hij niet mee eens was.

Sprake is van een non-conforme televisie zodat de consument recht heeft op kosteloos herstel. Meerdere keren heeft hij verzocht om kosteloos herstel van het non-conforme product. De verkoper bleef dit onterecht weigeren. Op het verzoek om de koopovereenkomst ongedaan te maken heeft de ondernemer niet gereageerd. Bij e-mailbericht van 2 september 2021 heeft de consument de ondernemer meegedeeld dat hij de koopovereenkomst ontbindt, hij de televisie zal retourneren en de ondernemer binnen 10 dagen het volledige aankoopbedrag aan hem moet overmaken en anders juridische stappen zal ondernemen.

De consument is zeer zuinig op zijn televisie die op het meest essentiële onderdeel, het scherm, gebreken heeft. Door de ondernemer is geen deugdelijk product en geen goede service geleverd. De ondernemer heeft telefonisch of per e-mail niet willen afstemmen over een oplossing.

De consument wil kosteloos herstel of vervanging van de tv en indien dat niet mogelijk is, ontbinding van de koopovereenkomst tegen terugbetaling van het volledige aankoopbedrag.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Geen sprake is van een non-conforme televisie.

Op 30 juli 2021 meldt de consument een defect aan de televisie. Deze wordt op 2 augustus 2021 voor een onderzoek aangemeld bij de consument thuis. Op 3 augustus 2021 bericht de ondernemer dat de home-service is aangemeld bij de fabrikant. Op 4 augustus 2021 ontvangt de ondernemer het bericht dat de consument niet van de fabrikant heeft vernomen. De ondernemer neemt dan contact op met de fabrikant. De consument vraagt vervolgens op 4 augustus 2021 een nieuwe homeservice aan. De aanvraag wordt geregistreerd. Op 8 augustus 2021 bericht de consument dat hij nog niet van de fabrikant heeft vernomen.

De ondernemer licht op 9 augustus 2021 zijn werkwijze toe en bericht dat contact is opgenomen met de technische dienst. Op 13 augustus 2021 ontvangt de consument een indicatieve prijsopgave van de reparatieservice voor vervanging van ‘LCD PANEL 55 INCH+FRONT’. De reparatiekosten zijn € 459,75, waarvan € 394,97 (excl. btw) voor rekening van de consument. De consument wil echter kosteloos herstel.

Vanaf 23 augustus 2021 hebben partijen meermaals contact over de aanspraak op kosteloos herstel. Op 2 september 2021 biedt de ondernemer een verdere coulance op de reparatiekosten aan, zodat de door de consument te betalen reparatiekosten € 235,86 (incl. btw) zijn. Dit wordt geweigerd. Ook biedt de ondernemer koopontbinding tegen uitkering van de restwaarde ad € 155,94 en retournering van de televisie aan. De kosten van herstel staan niet in een redelijke verhouding tot de waarde van het product.

De consument kan geen aanspraak maken op herstel en koopontbinding tegen teruggave van het volledige aankoopbedrag. Op grond van de Uneto-VNI tabel bedraagt de gemiddelde gebruiksduurverwachting van deze televisie 48 maanden. Uitgaande hiervan en een ongestoord gebruik van 33 maanden, kan de consument bij een ontbinding van de koopovereenkomst aanspraak maken op betaling van € 155,94 (33/48 x € 499,–). Dit heeft de ondernemer ook aangeboden, maar hiermee is de consument niet akkoord gegaan. De ondernemer heeft aan zijn verplichtingen voldaan en verzoekt de klacht af te wijzen.

Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport van 15 december 2021, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.

“Geef uw vaktechnisch oordeel over de klacht(en):
Op 10-12-2021 heeft de deskundige de tv op thuis locatie van de consument technisch onderzocht. (…)
Het betreft hier een TV: SAMSUNG UE55NU7100WXXN FB04.
Nader onderzoek geeft aan dat de klacht welke is benoemd in eerdere documenten klopt en de klachtbepaling die op afstand door de reparatieservice gedaan is, klopt ook. Het is algemeen bekend dat veel tv’s uit de NU serie van Samsung structurele problemen hebben met de verlichting en de diffuser welke in het scherm gemonteerd zijn. (…)

Op de foto’s is goed te zien dat door oververhitting de diffuserplaat is ingebrand op de positie van de

led’s. (…) Doordat door vervorming en inbranding van de diffuserplaat het licht van de led’s wordt geblokkeerd ontstaat de klacht. Doordat dit gebeurt krijg je donkere vlekken/vlammen in het beeld en zal na verloop van tijd door oververhitting de hele verlichting uitvallen. Er is in het ontwerp van dit model en deze manier van schermverlichting geen beveiliging toegepast die het voorkomen van oververhitting van de diffuserplaat tegengaat.

(…)

Conclusie:
Dit model tv zou bij normaal gebruik niet op deze manier defect mogen gaan. (…)”

De omvang van de klacht(en): – Ernstig

Is herstel of reparatie technisch mogelijk? Ja

Welke technische oplossing(en) is (zijn) er mogelijk? vervangen van ledverlichting en diffuserplaat indien deze leverbaar is of het hele scherm. (…)”

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Aan de orde is de (non-)conformiteit van een televisie, als bedoeld in artikel 7:17 Burgerlijk Wetboek (BW).

Tussen partijen bestaat geen discussie over de aanwezigheid van een gebrek aan de televisie. Die wordt ook bevestigd door het deskundigenrapport, waarin wordt gesproken over een ernstig gebrek. De commissie verenigt zich met de bevindingen van het rapport van de deskundige en maakt die tot de hare.

Niet is in geschil dat ten tijde van het melden van het gebrek door de consument de voor de televisie geldende fabrieksgarantieduur van twee jaar was overschreden.

De commissie heeft reeds eerder overwogen dat specifiek voor de problematiek van de non-conformiteit, dus de aansprakelijkheid van een ondernemer voor gebreken na afloop van de garantieperiode, door (voorheen) Uneto-VNI onderzoek is gedaan en naar aanleiding van dat onderzoek een tabel heeft opgesteld, waarin de verwachte levens-/gebruiksduur vermeld is. Voor het apparaat dat de consument gekocht heeft, tegen de door de consument betaalde prijs, is de gemiddelde gebruiksduurverwachting volgens de betreffende tabel vier jaar.

Voor de bepaling van de gemiddelde gebruiksduurverwachting knoopt de commissie bij deze oorspronkelijk door Uneto-VNI ontwikkelde richtlijnen aan.

Dit betekent dat sprake is van een gebrek aan de televisie dat is opgetreden voor de behaalde levensduurverwachting. Daarmee staat vast dat het apparaat niet beantwoordt aan de overeenkomst als bedoeld in hiervoor vermeld artikel 7:17 BW. Dit is een tekortkoming die de consument het recht geeft ontbinding te verzoeken, zoals voorzien in artikel 7:22, lid 1 BW.

Reparatie is blijkens het deskundigenrapport ook mogelijk, maar is in dit geschil niet meer aan de orde. Partijen hebben aanvankelijk wel gesproken over herstel van de televisie, maar getwist over de vraag of van de consument een bijdrage gevraagd mag worden in de aan de reparatie verbonden kosten. Dit geschilpunt kan hier verder onbesproken blijven, omdat blijkens het verhandelde ter zitting de consument geen reparatie van de televisie wil, maar ontbinding van de koopovereenkomst waarmee de ondernemer akkoord is. Dit blijkt ook uit de overgelegde correspondentie. Bij e-mail van 2 september 2021 heeft de ondernemer de consument aangeboden de koopovereenkomst te ontbinden, tegen kosteloze retournering van de televisie door de consument en betaling van de restwaarde van € 155,94 door de ondernemer aan de consument. Hierop bericht de consument bij e-mail van 2 september 2021 dat hij de overeenkomst ontbindt onder retourzending van de televisie, zij het met de eis van volledige terugbetaling van het aankoopbedrag. Hierover het volgende.

Op grond van artikel 17, lid 3 van het reglement van de commissie kan de commissie de oplossing, die door de ondernemer aan de consument werd voorgesteld voordat deze het geschil bij de commissie aanhangig maakte, maar die door de consument niet werd geaccepteerd, bindend opleggen onder ongegrondverklaring van de klacht.

De commissie acht voormeld aanbod dat de ondernemer heeft gedaan ter oplossing van de klacht, voordat het geschil bij de commissie aanhangig is gemaakt, redelijk. De consument is ten onrechte niet op dit aanbod ingegaan. Daarbij wordt het volgende betrokken. De consument heeft, eveneens sinds 2 september 2021, aangegeven dat ook hij ontbinding van de koopovereenkomst wil. Hoewel bij herstel of vervanging van een product in beginsel geen vergoeding van een consument gevraagd mag worden is dat anders bij ontbinding van de overeenkomst, met name als een consument geruime tijd onbelemmerd gebruik heeft kunnen maken van het product. In dat geval is het naar het oordeel van de commissie redelijk om een gebruiksvergoeding toe te passen, zoals hier. De consument heeft de televisie ruim 3½ jaar (33 maanden) van de – in voornoemde tabel genoemde – vier jaren (48 maanden), zonder problemen, kunnen gebruiken en heeft de juistheid van de berekening verder niet betwist. Ook wordt betrokken dat het door de ondernemer aangeboden bedrag in een voor de consument gunstige zin afwijkt van het bedrag dat op grond van de gebruikelijke berekeningsmethode hem zou toekomen.

Omdat voormeld aanbod reeds voor het aanhangig maken van het geschil bij de commissie is gedaan, is de klacht ingevolge het reglement van de commissie ongegrond. Voor een terugbetaling van het gehele aankoopbedrag zoals de consument wil, bestaat gelet op het voorgaande, geen aanleiding.

De ondernemer is echter gehouden te handelen overeenkomstig zijn hiervoor weergegeven aanbod, nu de ondernemer ter zitting heeft aangegeven hiertoe nog steeds bereid te zijn en de commissie dit een redelijke oplossing van het geschil acht. De consument dient de televisie, zonder bijkomende kosten, te retourneren. Partijen dienen elkaar over en weer in de gelegenheid te stellen aan hun verplichtingen uit dit bindend advies te voldoen.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Voor zover de klacht inhoudt dat de ondernemer niet dan wel onvoldoende op de klacht en berichten van de consument heeft gereageerd faalt deze eveneens. De consument heeft in dat kader onvoldoende concrete feiten en omstandigheden aangevoerd, mede in het licht van al hetgeen de ondernemer daartegenover heeft gesteld. Naar het oordeel van de commissie heeft de ondernemer hierop dan ook afdoende gereageerd.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Verklaart de klacht ongegrond;

Het door de consument verzochte wordt afgewezen;

De ondernemer is gehouden te handelen overeenkomstig zijn hiervoor weergegeven aanbod. De consument dient de televisie, zonder bijkomende kosten, aan de ondernemer te retourneren.

Partijen dienen elkaar over en weer in de gelegenheid te stellen aan hun verplichtingen uit dit bindend advies te voldoen. Een en ander dient te geschieden binnen een termijn van vier weken na de verzenddatum van dit bindend advies.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Thuiswinkel, bestaande uit mevrouw mr. I.K. Rapmund, voorzitter, de heer mr. S.L.R. van Nuijs, de heer mr. C.A. Bontje, leden, op 26 januari 2022.