Commissie: Reizen
Categorie: Totstandkoming
Jaartal: 2017
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
108693
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 20 oktober 2016 met de reisorganisator tot stand gekomen overeenkomst, waarbij de reisorganisator zich verplicht heeft tot het leveren van een verblijf in een bungalow voor 5 personen te Malmo in Zweden op basis van logies, voor de periode van 31 oktober 2016 tot en met 30 november 2016 voor de som van € 2.653,–.
Klager heeft om haar moverende reden niet in het vakantiehuis verbleven.
Klager heeft op 9 november 2016 de klacht voorgelegd aan de reisorganisator.
Standpunt van klager
Het standpunt van klager luidt in hoofdzaak als volgt.
In de eerste week van het verblijf heb ik wegens omstandigheden de sleutel geretourneerd en het huisje onbenut teruggegeven. De eigenaresse in Zweden was akkoord dat de betaling zou worden teruggestort. De reisorganisator zegt dat dit niet mogelijk is op grond van de algemene Voorwaarden.
Klager verlangt drie vierde van de betaalde huursom terug.
Standpunt van de reisorganisator
Het standpunt van de reisorganisator luidt in hoofdzaak als volgt.
Op 9 november 2016 nam klager voor het eerst contact op met onze organisatie om te laten weten dat zij het vakantiehuis nooit had betrokken, omdat zij in haar eigen huis kon blijven. Volgens de hier van toepassing zijnde voorwaarden komt klager niet in aanmerking voor restitutie van de huursom. Klager is bij boeking met onze voorwaarden akkoord gegaan.
Bij een nieuwe reservering zou een deel van de huursom kunnen worden gerestureerd. Er is echter geen nieuwe reservering gemaakt.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Artikel 12 van de hier van toepassing zijnde ANVR-Voorwaarden onder 2, sub a, luidt voor zover in deze van belang: Voor eigen vervoerreizen naar wooneenheden zoals bungalows zijn naast eventuele verschuldigde reserveringskosten de volgende annuleringskosten verschuldigd:
Bij annulering op de vertrekdag of later: de volledige reissom.
In het onderhavige geval staat het voor de commissie vast dat klager geen gebruik heeft gemaakt van de door haar geboekte vakantiewoning, maar deze tijdens de ingegane huurperiode om haar moverende reden heeft geannuleerd.
Gelet op het hier te voren aangehaald artikel 12 van de ANVR-Voorwaarden is klager dan de volledige huursom verschuldigd, tenzij zij kan aantonen dat de reisorganisator minder schade heeft ondervonden, bijvoorbeeld door het verhuren van het vakantiehuis aan derden.
In dit verband tekent de commissie aan dat blijkens de overgelegde bescheiden de reisorganisator wel pogingen heeft ondernomen om de vakantiewoning te verhuren, maar daarin niet is geslaagd, zodat klager de volledige huursom verschuldigd blijft.
De commissie is derhalve van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Hetgeen klager ter verdediging van haar standpunt heeft aangegeven kan het gegeven oordeel niet anders maken.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door klager verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen op 6 april 2017.