Commissie: Recreatie
Categorie: Overeenkomst / Schadevergoeding product/dienst
Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Schikking ter zitting
Referentiecode:
133228/135033
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Het geschil betreft de staat van onderhoud van de toegewezen accommodatie(s). De consument heeft een huisje met boot geboekt bij de ondernemer. De staat van het huisje was volgens de consument te erg voor woorden en te veel om op te noemen. De consument verlangt dat de ondernemer hem tijdens een vakantieperiode een gratis verblijf aanbiedt met een hapje en een drankje. De ondernemer is van mening dat de klachten van de consument tijdens het verblijf adequaat zijn behandeld én er, zowel tijdens áls na het verblijf, passende tegemoetkomingen zijn aangeboden. Nu partijen ter zitting alsnog overeenstemming hebben bereikt over de wijze waarop het geschil zal worden opgelost, wordt niet toegekomen aan een inhoudelijke beoordeling van het geschil en zal de commissie volstaan met het hierna vastleggen van de tussen partijen tot stand gekomen schikking.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft de staat van onderhoud van de toegewezen accommodatie(s).
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De consument heeft een huisje met boot geboekt bij de ondernemer (locatie [park]) van vrijdag 27 augustus t/m vrijdag 3 september 2021. De aankomst was vrijdag om 15.00 uur. Het was volgens de consument te erg voor woorden en te veel om op te noemen. Omboeking lukte niet, want alles zat vol. De ondernemer zou een poetsploeg sturen om het hele huis te poetsen. In verband daarmee zou de consument zaterdag heel de dag weg moeten gaan.
Van vrijdag 15.00 uur tot en met maandag 15.00 uur heeft de consument in huisje 356 gezeten. Om te huilen zo slecht. Er zat schimmel in de koelkast, de banken waren oud en doorgezakt met planken erin en vastgezet met tierips. De ketels en mokken waren ook vies. Er zat schimmel op het keukenblad en schimmel in de badkamer. Het was gewoon te vies om alles vast te pakken.
De consument is diverse keren bij de receptie geweest, maar er werd géén oplossing geboden.
De verwarming tikte en gehele huis was een ‘varkensstal’. Dit is onder anderen door het hoofd schoonmaak bevestigd bij inspectie op maandagochtend. Een technische man gaf aan dat de consument de verwarming ‘s nachts maar uit moesten zetten.
De consument heeft een vervangend huisje (zonder boot) aangeboden gekregen (nummer 381). Ook dat was om te huilen. Daarna zou huisje 356 nog volledig gepoetst worden als de consument er niet was. Bij terugkomst bleek dat twee van de vijftig punten gedaan waren.
Maandagochtend om 10.30 uur kwam een medewerkster van de receptie kijken en die schrok zich rot.
Maandagmiddag heeft de consument alles ingepakt en is toen verhuisd naar het huisje met nummer 521.
Donderdagavond weer gepakt, want de consument moest vrijdag voor 10.00 uur huisje uit. Dus effectief heeft de consument dinsdag, woensdag en donderdag (een halve dag) in een mooi huisje verbleven, afgezien van het feit dat buiten zitten daar niet mogelijk was door de honderden mieren die daar over de tafel liepen.
De consument heeft een totaalbedrag van € 939,65 betaald voor een huisje met bootje. Het nieuwe huisje had geen bootje; daarom heeft de consument een kaartje ontvangen voor [uitvoering]. De consument mocht ook nog één keer extra gaan zwemmen, maar dat was maar voor anderhalf uur.
In verband met de kosten voor de eindschoonmaak kreeg de consument een tegoedbon van € 75,–, te besteden bij de ondernemer. De totaal compensatie bedroeg € 133,– (€ 75,– + € 45,– + € 13,–). Nu komt de ondernemer nog met een bon voor € 90,– als compensatie.
Op het verweerschrift van de ondernemer heeft de consument nog een uitgebreide reactie gegeven, die als hier herhaald in ingelast dient te worden beschouwd.
De consument verlangde in eerste instantie een vergoeding van € 291,–. In tweede instantie (in zijn reactie op het verweerschrift) verlangt de consument dat de ondernemer hem tijdens een vakantieperiode een gratis verblijf (lang weekend) aanbiedt met een hapje en een drankje.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken, waarvan in het bijzonder het verweerschrift van 7 december 2021, waarvan de inhoud als hier herhaald en ingelast dient te worden beschouwd. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De ondernemer is van mening dat de klachten van de consument tijdens het verblijf adequaat zijn behandeld én er, zowel tijdens áls na het verblijf, passende tegemoetkomingen zijn aangeboden. Desondanks is de ondernemer bereid om, bij hoge uitzondering en uit coulance, de aangeboden korting ter waarde van € 90,– totaal op een volgend verblijf te laten vervallen. Daarvoor in de plaats biedt de ondernemer een terugbetaling van een bedrag van € 231,– aan. Dit bedrag bestaat uit de basishuurprijs van het weekendverblijf à € 306,– (de huurprijs voor het geboekte weekverblijf van 7 nachten is € 715,–) minus de waarde van de ter plaatse aanvaarde horecavoucher à € 75,–.
Schikking
De commissie overweegt het volgende.
Nu partijen ter zitting alsnog overeenstemming hebben bereikt over de wijze waarop het geschil zal worden opgelost, wordt niet toegekomen aan een inhoudelijke beoordeling van het geschil en zal de commissie volstaan met het hierna vastleggen van de tussen partijen tot stand gekomen schikking.
Partijen zijn overeengekomen dat de ondernemer ter finale kwijting aan de consument een bedrag van €291,– betaalt, alsmede het door de consument betaalde klachtengeld.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie bepaalt dat de ondernemer aan de consument een vergoeding van € 291,– verschuldigd is. Betaling dient plaats te vinden binnen een termijn van 14 dagen na de verzenddatum van dit bindend advies.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 52,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie, bestaande uit de heer mr. H.A. van Gameren, voorzitter, de heer P.W.M. Meijkamp, mevrouw mr. J.M. Huysman- Hartkamp, leden, op 18 februari 2022.