Problemen tijdens de levering van een omvormer, en eventuele geleden schade bij de consument

De Geschillencommissie




Commissie: Installerende bedrijven    Categorie: gebreken / gebrekkige installatie    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: vervolg bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 191710/194205

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Deze uitspraak volgt op een eerdere uitspraak van de commissie. Er waren gebreken aan de installatie zonnepanelen van de consument. Deze zijn op een later moment door een monteur van de ondernemer verholpen. Echter, heeft de consument alsnog schade geleden die hij gecompenseerd zou willen zien.

Wat is de beslissing?

In de eerdere uitspraak ging het om of een bepaalde omvormer van de installatie in de offerte inbegrepen was. Dit zou niet het geval zijn. De commissie heeft toen de consument in gelegenheid gesteld om alsnog een vervolgopdracht tot levering van die omvormer te geven. Deze vervolgopdracht is nooit gegeven. De geleden schade van de consument valt buiten de behandeling van dit geschil, waardoor de klacht ongegrond is. De commissie merkt nog op dat de consument het in bedrijf stellen van de installatie heeft tegengehouden. Volgens de commissie zou de ondernemer, als hiervoor in de gelegenheid was gesteld, het gebrek al eerder hebben verholpen.

De uitspraak

Behandeling van het geschil

De Geschillencommissie Installerende Bedrijven (verder te noemen: de commissie) heeft eerder, op 11 juli 2023, in het geschil tussen partijen een bindend advies gegeven.

De beslissing van de commissie luidde, voor zoveel van belang:

De consument heeft de keuze om een vervolgopdracht aan de ondernemer te verstrekken of niet.

De consument bepaalt zijn keuze en deelt die aan de ondernemer mede binnen veertien dagen na de verzenddatum van dit bindend advies.

Als de consument ervoor kiest om geen vervolgopdracht aan de ondernemer te geven deelt de consument dat binnen de hiervoor vermelde termijn van veertien dagen aan de commissie mee.

In dat geval zal het depotbedrag ad € 16.449,– aan de ondernemer worden doorbetaalt.

Als de consument ervoor kiest om de vervolgopdracht aan de ondernemer te geven, levert en installeert de ondernemer de door de consument gewenste SMA Home Manager en andere eventueel noodzakelijke apparatuur.

De consument betaalt het tussen partijen voor de vervolgopdracht overeen te komen bedrag aan de ondernemer.

Zodra de commissie in dat geval bericht heeft ontvangen van beide partijen dat de opdracht is afgewikkeld, zal het depotbedrag als volgt worden verrekend. Het depotbedrag ad € 16.449,– zal dan aan de ondernemer worden doorbetaald.

De inhoud van dit advies moet als hier ingevoegd worden beschouwd.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De commissie heeft een onderzoek laten doen door een deskundige, die daarvan schriftelijk rapport heeft uitgebracht.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.

Partijen hebben ter zitting hun nader standpunt toegelicht, de ondernemer via een videoverbinding.

De ondernemer werd ter zitting vertegenwoordigd.

Nadere standpunt van de consument

Voor het nadere standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft op 15 augustus 2023 aan de ondernemer meegedeeld dat de Home Manager niet geïnstalleerd hoeft te worden en dat de installatie in gebruik gesteld kan worden.

Uiteindelijk is eerst op 20 oktober 2023 de installatie afgerond, waarbij de monteur van de ondernemer fouten in de eerder uitgevoerde installatiewerkzaamheden heeft geconstateerd, die hij heeft hersteld.

Inmiddels functioneert de installatie. De consument heeft echter aanzienlijke schade geleden, die hij gecompenseerd wil zien.

Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

De consument is niet te spreken over het deskundigenonderzoek. Ook was de consument niet op de hoogte met de opdracht aan de deskundige. De deskundige heeft niet vastgelegd dat de oorspronkelijke opzet niet werkte. Ook heeft hij niets gerapporteerd over de periode voordat het systeem werkte.

Volgens de consument is aan de ondernemer een opdracht gegeven, zoals bedoeld in de eerdere beslissing. Het betrof de opdracht tot ingebruikstelling. De ondernemer heeft die opdracht niet binnen de in het reglement van de commissie genoemde termijn uitgevoerd. Daarom dient het volledige depotbedrag terugbetaald te worden aan de consument. Dat is door de branchevereniging bevestigd.

De correspondentie daarover tussen de consument en de branchevereniging moet aan het dossier toegevoegd worden, zodat de commissie overeenkomstig de aanwijzingen van de branchevereniging kan beslissen.

De consument heeft geen opdracht gegeven om alsnog een SMA Home Manager te leveren en te plaatsen. Dat bleek niet nodig.

De door de ondernemer geleverde installatie bleek lange tijd niet in orde te zijn, nu pas bij het in bedrijf stellen eerder gemaakte fouten hersteld zijn. Ook daarom is de ondernemer schadeplichtig.

De consument verlangt vergoeding van de door hem geleden schade en terugbetaling van het depotbedrag.

Nadere standpunt van de ondernemer

Voor het nadere standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De ondernemer heeft alles gedaan wat afgesproken is en heeft nu recht op het overeengekomen bedrag.

Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

De ondernemer heeft van de deskundige begrepen dat die het eens was met de ondernemer, dat de ondernemer is nagekomen wat in de offerte staat. Daar was geen discussie over.

De ondernemer heeft de installatie in bedrijf gesteld. De omvormers zijn begrensd, waarmee geen gevaar op overbelasting kan ontstaan. De aanvankelijk door de consument gewenste SMA Home Manager bleek ook niet nodig.

De ondernemer is heel lang niet toegelaten tot de installatie, daarom was deze nog niet in bedrijf gesteld.

De ondernemer weet niet of de BTW nog terug te vorderen is.

Deskundigenrapport

De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld.

De consument heeft bepaald dat de hoofdzekeringen overbelast zullen worden met de uitbreiding van de installatie. Als oplossing hiervoor wil de consument de SMA home manager toepassen. Deze optie is niet geoffreerd en maakt volgens de deskundige geen deel uit van de overeenkomst.

De consument heeft uit eigen overtuiging de inbedrijfstelling tegengehouden. De doorlaatwaarde van de hoofdzekeringen is 3x25A (3 fasen). De maximaal gelijktijdige opgewekte waarde van de PV installatie is 27,3 Ampère. De consument vreest uitval van de elektriciteit. Overbelasting van de hoofdzekeringen is onwaarschijnlijk tijdens maximale zoninstraling. Dit doordat er geen rekening is gehouden met het eigen verbruik en aanwezig sluimerverbruik. Daarnaast zal de temperatuur van de panelen bij maximale zoninstraling snel oplopen waardoor de opbrengst terugloopt (ca 20%). Tevens kunnen de hoofdzekeringen meer dan één uur met minimaal 13% overbelast worden zonder dat ze uitschakelen. De deskundige weerlegt hiermee het uitgangspunt van het dispuut en acht de SMA smart home controller niet essentieel voor de betrouwbare werking van de installatie.

De ondernemer heeft een installatie ontworpen die aansluit op de wens van de consument om op basis van de huidige maximale capaciteit energie op te wekken.

Volgens de deskundige is de omvang van de klacht gering. Herstel of reparatie is niet aan de orde, het systeem kan betrouwbaar functioneren. De ondernemer heeft de SMA omvormer op 9 kW begrenst waardoor overbelasting altijd kan worden voorkomen. Hiermee is het feitelijke probleem opgelost.

De deskundige heeft vastgesteld dat de geleverde werk er degelijk, deugdelijk en net uitziet.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

Het oorspronkelijke geschil van partijen betrof in hoofdzaak de vraag of tussen partijen was overeengekomen dat voor de in de offerte van de ondernemer vermelde prijs ook de SMA Home Manager geleverd zou worden. In de beslissing van de commissie van 11 juli 2023 is beslist dat de SMA Home Manager niet in de prijs begrepen was. De commissie heeft in het verlengde daarvan de consument in de gelegenheid gesteld om alsnog een vervolgopdracht tot levering van een SMA Home Manager te geven.

Het bindend advies van de commissie van 11 juli 2023 kan niet anders worden gelezen dan dat daarin wordt voorzien in een financiële regeling bij het alsnog verstrekken van de vervolgopdracht tot levering van een SMA Home Manager.

Partijen zijn het erover eens dat de consument geen vervolgopdracht heeft gegeven tot levering en installatie van een SMA Home Manager.

Daarmee is sprake van de door de commissie in de beslissing van 11 juli 2023 weergegeven situatie waarin het depotbedrag aan de ondernemer dient te worden doorbetaald.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de nadere klacht ongegrond is.

De commissie merkt ten overvloede nog op dat van de ondernemer niet gevergd kan worden dat hij BTW terugvraagt in de situatie dat de consument de factuur met daarin begrepen de betreffende BTW onbetaald laat en doorbetaling door de commissie blokkeert. Het is daarmee thans aan de consument zelf om te onderzoeken of terugvordering van de BTW nog mogelijk is en om dat indien mogelijk zelf te regelen.

Eveneens ten overvloede merkt de commissie op dat de consument lange tijd het in bedrijf stellen van de installatie heeft tegengehouden. Kennelijk is bij het installeren een fout gemaakt. Die fout is door de ondernemer zelf bij de inbedrijfstelling gecorrigeerd. De commissie is niets gebleken waaruit afgeleid kan worden dat de ondernemer die kennelijk gemaakte fout ook niet bij eerdere ingebruikstelling gecorrigeerd zou hebben.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Met inachtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend. Het depotbedrag ad € 16.449,– wordt doorbetaald aan de ondernemer.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Installerende Bedrijven, bestaande uit
mr. F.H.C.M. van Schaijk, voorzitter, drs. H.H.F.M. van den Oever en H.W. Zuur, leden, op 31 juli 2024.