Recron-voorwaarden niet van toepassing. De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid en met inachtneming van de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen

  • Home >>
  • Recreatie >>
De Geschillencommissie




Commissie: Recreatie    Categorie: Algemene voorwaarden    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: REC08-0064

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft opzegging wegens herstructurering.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument kocht in 1997 een stacaravan van de ondernemer voor een bedrag van DM 27.000 en huurt sindsdien een vaste standplaats bij de ondernemer. De stacaravan beschikte en beschikt over een aanbouw waardoor deze niet zonder grote schade verplaatsbaar is. Op 25 maart 2008 heeft de ondernemer de overeenkomst opgezegd per 31 oktober 2009. Bij het aangaan van de koopovereenkomst is niet meegedeeld dat de ondernemer bevoegd zou zijn de overeenkomst met betrekking tot de standplaats op te zeggen. Omdat de stacaravan door aanbouwsels onverplaatsbaar is, zou de consument nooit tot aankoop zijn overgegaan, indien hij dit had geweten. De consument betwist de rechtsgeldigheid van de opzegging.   De ondernemer baseert de opzegging op de Recron-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn de consument niet bekend. Bij het aangaan van de eerste overeenkomst maakten deze voorwaarden geen deel uit van de huurovereenkomst.   De consument verlangt vergoeding van al zijn kosten die verband houden met de afbraak en verwijdering van zijn stacaravan.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer heeft tijdig zijn gasten geïnformeerd over de op handen zijne herstructurering. Bij de opzegging per 1 november 2009 is de opzegtermijn van 18 maanden in acht genomen. Verhuur van de standplaatsen geschiedt op basis van de Recron-voorwaarden voor vaste plaatsen. In artikel 10 lid 6 van deze voorwaarden is geregeld op welke financiële tegemoetkoming de consument kan rekenen indien er geen vervangende standplaats voorhanden is. Aangezien geen vervangende plaats beschikbaar is, biedt de ondernemer een vergoeding aan van € 1.350,– plus gratis verblijf, met uitzondering van de kosten van de voorzieningen, vanaf 1 april 2009.   Op de factuur die de consument jaarlijks ontvangt, staat vermeld dat de Recron-voorwaarden van toepassing zijn. Deze waren ook al van toepassing bij het aangaan van de eerste overeenkomst. De consument kocht de stacaravan van de vroegere beheerder van de camping als privé persoon.   Ter zitting deelt de ondernemer nog het volgende mee. Hij beschikt niet over de eerste overeenkomst die de consument aanging. Hij heeft geen factuur bij zich. Hij erkent dat op het briefpapier alleen werd vermeld dat de ondernemer lid is van de Hiswa. De Recron wordt daarop niet vermeld. Het is mogelijk dat dit ook geldt voor de facturen. Toen in 2003 nieuwe Recron-voorwaarden van kracht werden, heeft hij deze aan zijn gasten gestuurd. Dat is ook gebeurd met de nieuwe voorwaarden van 2008. Deze werden in 2007 samen met de factuur aan alle gasten gestuurd.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De commissie heeft tot taak het beslechten van geschillen tussen een consument en een ondernemer die lid is van de Recron. De uitspraak van de commissie heeft de vorm van een bindend advies. Een bindend advies is bindend voor beide partijen indien zij dat van te voren met elkaar zijn overeengekomen. De consument ontkent gebonden te zijn aan de Recron-voorwaarden waarop de ondernemer zich beroept. De consument heeft echter een verklaring op het Vragenformulier van de commissie ondertekend waarin wordt vermeld dat hij de uitspraak van de commissie als bindend aanvaardt.   De ondernemer beschikt niet over de eerste overeenkomst die de consument aanging met de toenmalige ondernemer. Hij kan dan ook niet aantonen dat toepasselijkheid van de Recron-voorwaarden zou zijn overeengekomen. De consument ontkent dit. De ondernemer heeft evenmin kunnen aantonen dat in de jaarlijkse facturen wordt verwezen naar de Recron-voorwaarden. De commissie beschikt over een factuur voor het jaar 2007/2008 in een ander dossier met betrekking tot een gelijksoortige klacht tegen de ondernemer waarin wordt verwezen naar de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van de Hiswa. De Recron-voorwaarden en het lidmaatschap van de Recron worden in de factuur niet genoemd, evenals op het briefpapier van de ondernemer.   De ondernemer stelt de Recron-voorwaarden van 2003 en 2008 aan zijn gasten te hebben toegezonden. De consument zegt echter niet bekend te zijn met de Recron-voorwaarden. De commissie is van oordeel dat de bewijslast van het toezenden en van toepassing verklaren van de Recron-voorwaarden van 2008 op de ondernemer rust. De ondernemer heeft dit bewijs niet kunnen leveren. De commissie kan derhalve bij de behandeling van dit geschil niet de Recron-voorwaarden toepassen. De commissie zal beslissen naar redelijkheid en billijkheid en met inachtneming van de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen.   De huur van de standplaats dient te worden beschouwd als huur van een ongebouwde onroerende zaak. Op grond van artikel 7:228 BW is opzegging mogelijk met een termijn die overeenkomt met de huurtermijn of tenminste een maand. De door de ondernemer in acht genomen termijn van 18 maanden voldoet ruimschoots aan de wettelijke eisen. Volgens de wet heeft de consument een wegneemrecht, maar heeft hij niet de verplichting zijn stacaravan bij het einde van de huurovereenkomst te verwijderen.   De commissie is van oordeel dat de ondernemer een voldoende zwaarwegende grond voor de opzegging naar voren heeft gebracht. De ondernemer is voornemens het gehele terrein te herontwikkelen waarbij alle huidige standplaatsen zullen verdwijnen. Om dit plan te kunnen realiseren dient ook de standplaats van de consument te worden opgeheven.   Rekening houdend met de hierna volgende omstandigheden meent de commissie echter op grond van redelijkheid en billijkheid dat de consument recht heeft op schadevergoeding. Die omstandigheden zijn: – De consument kocht de zich reeds op de standplaats bevindende stacaravan van de toenmalige directeur van de camping. – Er is niet gebleken dat bij het aangaan van de eerste overeenkomst Recron-voorwaarden zijn overeengekomen of andere voorwaarden waaruit blijkt welke regels van toepassing zijn ingeval van opzegging van de huurovereenkomst. – De stacaravan is niet of moeilijk verplaatsbaar.   De commissie bepaalt de schade op grond van redelijkheid en billijkheid op primair vergoeding van de werkelijke verplaatsingskosten indien verplaatsing van het chalet nog mogelijk is en secundair, indien verplaatsing niet mogelijk is, op vergoeding van de kosten van de verwijdering van de stacaravan dan wel verwijdering door of in opdracht van de ondernemer. Bovendien heeft de consument dan recht op vergoeding van de waarde van de stacaravan “sec”, dus zonder daarbij de locatie te betrekken. Deze vergoeding komt in de plaats van de door de ondernemer op grond van de Recron-voorwaarden aangeboden vergoeding van € 1.350,– en het gratis verblijf gedurende de laatste zes maanden van de huurovereenkomst.   Indien partijen geen overeenstemming kunnen bereiken over de schadevergoeding, kunnen zij een vervolg bindend advies vragen aan de commissie.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De opzegging van de huurovereenkomst door de ondernemer per 31 oktober 2009 is rechtsgeldig.   De ondernemer betaalt de consument bij het einde van de huurovereenkomst primair indien de stacaravan verplaatsbaar is, de kosten van de verplaatsing en secundair, indien verplaatsing niet mogelijk is, de kosten van de verwijdering van de stacaravan dan wel verwijdering door de ondernemer plus een vergoeding van de waarde van deze caravan los van de locatie. Indien de consument voor deze vergoeding in aanmerking wenst te komen, heeft hij geen recht op de vergoeding op grond van de Recron-voorwaarden die de ondernemer hem heeft aangeboden.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 50,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 90,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie op 28 oktober 2008.