Commissie: Post
Categorie: Postzending - vermissing
Jaartal: 2015
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
94111
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft door de consument via PostNL verzonden poststukken.
De consument heeft op 18 februari 2015 de klacht voorgelegd aan PostNL.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Zonder aanwijsbare oorzaak heeft PostNL een door de consument op 29 januari 2015 verzonden brief aan de Geschillencommissie Openbaar Vervoer aan de consument op 5 februari 2015 geretourneerd, nadat de brief was doorgestuurd naar de afdeling onbestelbare postzending. Naar aanleiding daarvan heeft de consument een klachtbrief gestuurd aan PostNL die eveneens is geretourneerd. De klacht was gericht tegen het ten onrechte niet bezorgen van de correct geadresseerde brief aan de Geschillencommissie Openbaar Vervoer.
De consument verlangt dat PostNL in het ongelijk wordt gesteld en wordt veroordeeld wegens het niet in behandeling nemen van een klacht.
Standpunt van PostNL
Het standpunt van PostNL luidt in hoofdzaak als volgt.
De consument heeft op 29 januari 2015 een brief verzonden. Deze is niet bij de geadresseerde afgeleverd. Voor gewone brieven, dat wil zeggen als die niet aangetekend verzonden zijn, accepteert PostNL geen aansprakelijkheid. Uit de kopie van de brief blijkt dat de consument van het afleveradres een ‘zoekplaatje’ heeft gemaakt. De vermelde postcode ‘2509 EP’ of ‘2509 ED’ is onjuist. Postbusnummer 90600 valt onder postcode 2509 LP. De vraag die dan gesteld wordt is: Wat is nu juist? Het postbusnummer of de postcode? In die afweging is er voor gekozen de bewuste brief te retourneren. Omdat de consument op de brief niet zijn eigen afzendadres had vermeld moest de brief naar de landelijke afdeling onbestelbare poststukken worden gezonden. Deze afdeling is bevoegd om onbestelbare post te openen met het doel zo mogelijk een adres van een afzender te achterhalen. Dat is hier ook gebeurd, waarna de brief alsnog aan de consument kon worden teruggezonden.
Voor wat betreft de klachtbrief van de consument van 18 februari 2015 geldt min of meer hetzelfde. In de adressering staan twee afleveradressen: [afleveradres 1] en [afleveradres 2]. Welke is door de consument bedoeld, nu er geen postcode vermeld is? Overigens is deze brief aan de consument teruggestuurd vanwege het geheel ontbreken van frankering.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De klacht van de consument komt er in de kern op neer dat PostNL ten onrechte twee poststukken aan de consument heeft geretourneerd.
De aansprakelijkheid van PostNL voor schade die voortvloeit uit het vervoer van poststukken is geregeld in artikel 29 van de Postwet en uitgewerkt in artikel 9 van de Algemene voorwaarden voor de universele Postdienst 2014 (AVP). PostNL aanvaardt een beperkte aansprakelijkheid voor schade aan poststukken als die aangetekend worden verstuurd (artikel 9.3 AVP). In alle andere gevallen is PostNL niet aansprakelijk (artikel 9.1 AVP).
Vast staat dat beide poststukken niet aangetekend zijn verstuurd.
Op grond van artikel 4.4 AVP heeft PostNL de brief van 29 januari 2015 als onbestelbaar poststuk kosteloos aan de consument mogen retourneren omdat het niet kon worden bezorgd op het daarop vermelde adres.
Dat aan deze retournering vooraf is gegaan dat de brief bij de landelijke afdeling onbestelbare poststukken is geopend, was geoorloofd op grond van artikel 7.4 AVP omdat op de envelop geen afzenderadres was vermeld.
Op grond van artikel 6.3 AVP heeft PostNL de brief van 18 februari 2015 aan de consument mogen terugsturen omdat het poststuk niet was gefrankeerd.
De commissie is van oordeel dat PostNL met betrekking tot beide poststukken heeft gehandeld conform de AVP en dat het retourneren van de poststukken gegronde redenen had.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Post, op 22 juni 2015.