Schade door een lekkende buitenkraan

De Geschillencommissie




Commissie: Installerende bedrijven    Categorie: Niet-nakoming overeenkomst / Schade / Schadevergoeding    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 228818/242731

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

In deze uitspraak gaat het over een overeenkomst van werk tussen consument en ondernemer. Volgens de consument is er bij het installeren van een buitenkraan door de ondernemer schade ontstaan. Deze schade was het lekken van vocht in een tussenmuur. Dit is door de consument gemeld bij de ondernemer, die het lekken van de kraan heeft verholpen. Schade, in de vorm van schimmel op de tussenmuur, werd destijds geaccepteerd door de consument. Na verloop van tijd breidde de schimmel en het vocht zich toch uit. De consument verlangt een vergoeding voor de geleden schade. De ondernemer stelt zich op het standpunt dat hij niet aansprakelijk is. Hij zet vraagtekens bij de oorsprong van de schimmel en de hoogte van de claim. Hierop heeft de commissie een deskundige ingeschakeld.

Wat is de beslissing?

De deskundige acht het zeer onwaarschijnlijk dat de geleden schade komt door het lekken van de buitenkraan. Deze conclusie wordt door de commissie overgenomen. Hieruit volgt dat de commissie de klacht van de consument ongegrond acht.

De uitspraak

Behandeling van het geschil

Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Installerende Bedrijven (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De commissie heeft onderzoek laten doen door een deskundige, die daarvan een schriftelijk rapport d.d. 29 april 2024 heeft opgemaakt.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 9 augustus 2024 te Den Haag.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.

Partijen hebben ter zitting hun standpunt toegelicht. De consument heeft via een digitale verbinding aan de zitting deelgenomen. De ondernemer is fysiek bij de behandeling van het geschil aanwezig geweest.

Ter zitting werd de ondernemer vertegenwoordigd door een advocaat.

Onderwerp van het geschil

De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft de wijze van uitvoering van de overeengekomen werkzaamheden en eventuele gevolgschade.

Standpunt van de consument

Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Van Lier heeft op foutieve wijze een buitenkraan ( buiten onder overdekte veranda) gemonteerd in juni 2021. Als gevolg daarvan is er meer dan een jaar vocht in de spouwmuur gelopen doordat de kniekoppeling in spouwmuur lekte. Dat werd door ons pas opgemerkt in september 2022. Van Lier heeft toen oud rubbertje vervangen en een aanpassing aan de rechter koperen leiding van de kraan gemaakt. De monteur bood zijn excuses aan en heeft foto’s gemaakt van de schade, die zicht toen alleen openbaarde door middel van schimmel op een tussenmuur. Wij hebben toen gezegd dat als de schade hierbij bleef, we verder geen actie zouden ondernemen. Echter in die winter openbaarden zich op steeds meer plekken vochtproblemen en kwam er schimmel in de keukenkastjes , op muren et cetera. Er is na berekening meer dan 50 m-3 water in de spouwmuur gelekt. Van Lier accepteert geen enkele vorm van aansprakelijkheid.

De consument verlangt een vergoeding van zijn schade voor het verwijderen van het vocht in de spouwmuur, de binnenmuren en de verwijdering van de zwarte schimmel in de keukenkastjes.

Standpunt van de ondernemer

Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De ondernemer wijst de klacht af. De lekkage kan niet zijn ontstaan door de gestelde lekkage van de snelkoppeling. Bovendien zit de schimmel dusdanig hoog op de wand dat wij ook hier vraagtekens bij zetten. Als laatste merkt de ondernemer op dat een claim van € 15.000,– tot € 20.000,– op basis van dit beeldmateriaal naar onze mening en die van de expert buitensporig is.

Deskundigenrapport

De deskundigen heeft in zijn hiervoor genoemde deskundigenrapport het volgende geconcludeerd.

Het bewuste keukenkastje is, op enkele druppel sporen van de knelkoppeling na, niet aangetast.
Druppelsporen zijn zichtbaar op het metalen plaatje dat op de bodem van het kastje is aangebracht.
Met de hoeveelheid vocht die nodig is om de muur op deze wijze aan te tasten zoals deze nu zijn aangetast, en met de redenering dat de lekkage als gevolg van de montage van de buitenkraan de oorzaak van het vochtprobleem zou zijn, was er van het bewuste keukenkastje met het naast gelegen kastje, niet veel overgebleven.

Op de achterzijde van het keukenkastje, deze is uitgevoerd in hardboard, zijn wel vocht vlekken zichtbaar. Ook hier weer in zeer geringe mate en het is nog maar de vraag wat de oorzaak hiervan is, gezien de staat van het geheel. Op de aangrenzende kastjes zijn wel vocht vlekken zichtbaar, maar de kastje zijn niet aangetast zoals je mag verwachten dat het geval zou zijn als er een lange tijd veel water zou zijn gelekt.
Het lijkt de deskundige dan ook zeer onwaarschijnlijk dat de vochtplekken op de muren van een lang durende waterleidinglekkage afkomstig zijn, met als oorzaak de montage van de buitenkraan.
Lekkage van deze omvang (de geclaimde 50M3) is binnen een dag zichtbaar in de ruimte, zoals de ruimte wordt vochtig en gaat stinken, ramen beslaan, keukenkastjes raken vervallen, deuren van de kastjes laten los. Kortom het niet opmerken van een lekkage van deze duur en omvang is zeer onwaarschijnlijk

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

Partijen hebben ter zitting hun standpunten nader toegelicht en vragen hierover van de commissie beantwoord.

De deskundige heeft onder andere geconcludeerd dat het zeer onwaarschijnlijk dat de vochtplekken op de muren van een lang durende waterleidinglekkage afkomstig zijn, met als oorzaak de montage van de buitenkraan.

Nu de commissie niet is gebleken dat de deskundige is uitgegaan van onjuiste feiten en/of onjuiste maatstaven is uitgegaan en de conclusies van de deskundige de commissie overtuigend voorkomen, neemt de commissie deze conclusies over.

Dit betekent dat niet is vast komen te staan dat de vochtplekken in verband staan tot de door de ondernemer uitgevoerde werkzaamheden.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Installerende Bedrijven, bestaande uit de heer mr. A.G.M. Zander, voorzitter, de heer A.W.M.D. van der Linden, de heer H.H. van der Linden, leden, op 9 augustus 2024.