Commissie: Recreatie
Categorie: Bemiddelingsvergoeding kampeermiddelen
Jaartal: 2009
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
REC07-0044
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de bemiddelingsvergoeding terzake van de verkoop van het chalet van de consument.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
In september 2004 kocht de consument een chalet op een standplaats op de camping van de ondernemer en ging hij met de ondernemer een overeenkomst aan met betrekking tot de standplaats.
Op deze overeenkomst waren de Recron-voorwaarden voor vaste plaatsen en de verkoopvoorwaarden van 2001 van de ondernemer van toepassing. Toen de consument op 31 maart 2007 zijn chalet aan een derde wilde verkopen, was de ondernemer slechts bereid de koper van het chalet als recreant te aanvaarden, indien de consument de verkoopvoorwaarden ondertekende en een bedrag betaalde van € 1.500,– voor bemiddeling, inspectie caravan en standplaats en administratiekosten en dergelijke. De verkoopvoorwaarden bleken in 2006 te zijn aangepast zonder dat de consument daarvan op de hoogte was gesteld. De consument heeft de nieuwe verkoopvoorwaarden onder protest ondertekend en het bedrag van € 1.500,– onder protest betaald.
Volgens de oude verkoopvoorwaarden bedroegen de bemiddelingskosten 10% van de totale verkoopprijs met een maximum van € 1.200,–. Volgens de gewijzigde voorwaarden bedroegen de bemiddelingskosten maximaal € 2.000,–. De consument meent niet aan de gewijzigde verkoopvoorwaarden gebonden te zijn, omdat de ondernemer hem niet tijdig van de wijziging op de hoogte heeft gesteld. Los daarvan meent de consument dat het door de ondernemer in rekening gebrachte bedrag van € 1.500,– in geen verhouding staat tot de geleverde prestatie.
De consument heeft overeenkomstig de verkoopvoorwaarden de ondernemer van te voren in kennis gesteld van de voorgenomen verkoop. Hij heeft daarvoor de ondernemer opgezocht. De ondernemer verbleef op een andere locatie dan de camping waar de consument een standplaats huurde. De ondernemer heeft dan ook niet de caravan van de consument geïnspecteerd. De ondernemer heeft de consument toestemming gegeven zijn caravan met behoud van de standplaats te verkopen en heeft een koopprijs genoemd. De consument heeft met de ondernemer afgesproken dat hij zelf zijn caravan zou verkopen. Volgens de verkoopvoorwaarden kan een recreant zelf zijn caravan verkopen of de ondernemer vragen dit in opdracht te doen. De consument heeft geen opdracht tot bemiddeling gegeven. Hij heeft zelf via internet een koper gevonden.
Op grond van de voorwaarden dient de ondernemer aanwezig te zijn bij het sluiten van de koopovereenkomst omdat de ondernemer de koper moet aanvaarden als huurder van de standplaats. De ondernemer heeft een schriftelijke overeenkomst opgesteld die door alle drie partijen is ondertekend. Pas op dat moment heeft de consument de verkoopvoorwaarden van 2006 onder protest getekend.
De consument verzoekt de commissie te bepalen of hij een vergoeding aan de ondernemer verschuldigd is en zo ja welke vergoeding.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De ondernemer wijst er op dat de consument ruim voor het te koop aanbieden van zijn caravan met behoud van staanplaats is gewezen op de geldende, dat wil zeggen de in 2006 aangepaste verkoopvoorwaarden van de ondernemer. Hij wist dus welke bemiddelingsvergoeding hij aan de ondernemer verschuldigd zou zijn. Indien de consument het niet daarmee eens was, had hij zijn chalet van het terrein kunnen verwijderen.
De ondernemer stelt voor dat de verkoop van het chalet met restitutie van de volledige bemiddelingskosten aan de consument ongedaan wordt gemaakt en het chalet alsnog van het terrein wordt verwijderd.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Artikel 9 lid 4 van de Recron-voorwaarden voor vaste plaatsen bepaalt het volgende:
“Indien de recreant aan de ondernemer (…) opdracht geeft om op te treden als bemiddelaar bij de verkoop van het kampeermiddel, maakt de ondernemer (…) ten behoeve van de recreant een schriftelijke overeenkomst op waarin de aard en omvang van de bemiddelingsactiviteiten, het tijdvak van bemiddeling en de vergoeding voor de bemiddeling of berekeningswijze ervan staat aangegeven (…). De bemiddelingsvergoeding dient in een redelijke verhouding te staan tot de geleverde prestatie”.
De commissie constateert dat een schriftelijke bemiddelingsovereenkomst tussen de ondernemer en de consument zoals hierboven bedoeld, ontbreekt. De Verkoopvoorwaarden kunnen niet worden beschouwd als bemiddelingsovereenkomst, omdat volgens de Verkoopvoorwaarden het kampeermiddel hetzij door de consument zelf, hetzij in opdracht door bemiddeling van de ondernemer kan worden verkocht. Indien een opdracht tot bemiddeling wordt gegeven, dient die dan ook schriftelijk te worden vastgelegd. De consument ontkent dat er zou zijn overeengekomen dat de ondernemer opdracht heeft gekregen om te bemiddelen. De consument zegt te hebben afgesproken zelf een koper te zoeken, hetgeen door de ondernemer niet is weersproken.
Het is de commissie ook niet gebleken dat er feitelijk sprake is geweest van bemiddeling. Het gesprek over de verkoop van het kampeermiddel en het opstellen van een koopcontract dat niet alleen door verkoper en koper wordt ondertekend maar ook door de ondernemer, beschouwt de commissie niet als bemiddelingsactiviteiten, maar ziet zij als een uitvloeisel van het feit dat voor verkoop van het kampeermiddel met behoud van de standplaats toestemming van de ondernemer is vereist en de ondernemer de aspirant koper als huurder van de standplaats dient te aanvaarden.
Indien de ondernemer terzake van de verkoop van een kampeermiddel op de standplaats zonder bemiddeling van de ondernemer administratiekosten of andere kosten in rekening wil brengen, dient hij deze van tevoren te bedingen. In de Verkoopvoorwaarden wordt niet vermeld welke kosten verschuldigd zijn in het geval de consument geen opdracht tot bemiddeling verstrekt aan de ondernemer, maar hij zelf zijn kampeermiddel wenst te verkopen. De commissie is derhalve van mening dat door de consument geen bemiddelingskosten zijn verschuldigd en dus heeft hij recht op restitutie van de door hem onder protest betaalde bemiddelingskosten ad € 1.500,–.
Aangezien er tussen de ondernemer en de consument geen huurovereenkomst meer bestaat, kan de ondernemer niet van de consument verlangen dat hij de caravan die niet meer aan hem toebehoort, van het terrein laat verwijderen. Voor deze wens van de ondernemer bestaat geen enkele rechtsgrond.
Op grond van het bovenstaande wordt de klacht gegrond geacht.
Beslissing
De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 1.500,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie op 29 augustus 2007.