Sprake van onvoldoende vakmanschap. Kwaliteit van het schilderwerk wordt als onvoldoende bestempeld. Herstel lakdefecten door derde.

  • Home >>
  • Waterrecreatie >>
De Geschillencommissie




Commissie: Waterrecreatie    Categorie: Herstel    Jaartal: 2017
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 106084

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil heeft betrekking op de door de ondernemer uitgevoerde schilder- en reparatiewerkzaamheden aan de kajuitmotorboot “[naam van de boot]” van de consument.

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt – in hoofdzaak – als volgt.

De consument heeft schilder- en reparatiewerkzaamheden aan zijn boot, de kajuitmotorboot “[naam van de boot]”, laten uitvoeren door de ondernemer voor een bedrag van € 12.500,- inclusief BTW. Naar de mening van de consument zijn deze werkzaamheden niet conform afspraak uitgevoerd.
Op 17 januari 2016 heeft de consument per mail aan de ondernemer laten weten dat:
• op meerdere en cruciale plaatsen de roest niet is verwijderd, maar over de roest heen is geschilderd;
• deze plekken niet overal zijn geplamuurd;
• er niet overal twee lagen grondlak en drie lagen aflak zijn aangebracht;
• er stof in de aflaklagen zit;
• er diverse lopers en doffe plekken in de opbouw te zien zijn;
• er putjes en vlekjes in de daken zitten;
• de kwaliteit van het schuurwerk onder de maat is;
• de waterlijn niet netjes is aangebracht.
De ondernemer heeft erkend dat het schilderwerk niet naar behoren is uitgevoerd. Hij heeft de opbouw van de boot opnieuw geschilderd.
Op 12 september 2016 is de consument nog steeds niet tevreden met het geleverde, omdat de eerder geconstateerde gebreken weer zichtbaar geworden zijn. In het bijzonder gaat het om het ontstaan van meerdere roestplekken en roze vlekken, puntjes en blazen in de lak. Voorts heeft de lak op diverse plaatsen losgelaten en heeft de bies op de romp niet overal dezelfde breedte.

De consument stelt zich op het standpunt dat sprake is van een lakdefect. Hij wenst een expert in te schakelen die kan beoordelen waardoor de defecten zijn ontstaan en hoe deze hersteld moeten worden.

Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

Op advies van de ondernemer heeft de consument de boot niet laten stralen, alvorens de schilderwerkzaamheden zijn uitgevoerd. Indien de onderliggende verflagen niet geschikt waren om daaroverheen een nieuwe verflaag aan te brengen, had de ondernemer dat vooraf kenbaar moeten maken. De consument ging ervan uit dat het schilderwerk netjes zou worden uitgevoerd. Nadat het schilderwerk opnieuw was gedaan, constateerde de consument echter nog steeds gebreken. De consument is van mening dat de gehele opbouw opnieuw voorbewerkt en geschilderd moet worden om te voorkomen dat na een bepaalde periode op andere plekken blaasvorming of verkleuringen in de lak ontstaan.

Ten aanzien van de davitsteunen stelt de consument zich op het standpunt dat overeengekomen was dat de ondernemer de gehele constructie zou verstevigen, maar in plaats daarvan heeft hij slechts een onderdeel vervangen, waardoor de constructie nog steeds niet stevig genoeg is en er wederom roestplekken zijn ontstaan.

Omdat volgens de consument na twee pogingen niet de kwaliteit is geleverd die hem was beloofd, heeft hij het vertrouwen in de ondernemer verloren. De herstelwerkzaamheden die moeten worden uitgevoerd, wenst de consument daarom door een andere werf te laten uitvoeren. Indien desondanks bepaald wordt dat de ondernemer de herstelwerkzaamheden dient te verrichten, verzoekt de consument te gelasten dat een nacontrole door een onafhankelijk expert plaatsvindt.

Standpunt van de ondernemer

Het standpunt van de ondernemer luidt – in hoofdzaak – als volgt.

Nadat de ondernemer de opbouw van de boot opnieuw heeft geschilderd om de klachten zoals vermeld in de mail van de consument van 17 januari 2016 op te lossen, is het schilderwerk in eerste instantie door de consument goedgekeurd. De mail van 12 september 2016, waarin de consument heeft aangegeven nog steeds ontevreden te zijn met het resultaat, kwam voor de ondernemer daarom als een verrassing. Samen met een expert is de boot bekeken. Met uitzondering van een aantal aangegeven blaasjes en puntjes, heeft de expert het schilderwerk als keurig en verzorgd omschreven.
Op 1 oktober 2016 heeft de ondernemer de consument gesproken en beloofd de aangewezen punten te zullen oplossen. De expert zou na het vaarseizoen, op 21 oktober 2016, nogmaals de aangewezen plekken bekijken. Vervolgens heeft de consument het geschil aan de geschillencommissie voorgelegd, terwijl de ondernemer nog steeds in de veronderstelling was het onderling te kunnen oplossen. De ondernemer heeft zich bereid verklaard de plekken waar blaasjes zijn ontstaan, kapot te schuren en professioneel te repareren, de verkleuringen en de plekjes waar de lak loslaat, bij te werken. Ten aanzien van de roestplekken bij de davitsteunen is de ondernemer van mening dat deze worden veroorzaakt door de slechte constructie van de steunen en de continue beweging van het in de davits hangende bijbootje.

Overigens heeft de ondernemer aangegeven dat de kosten van halhuur, kraankosten en diverse extra’s buiten dit geschil gehouden moeten worden, omdat deze niet meetellen in de prijs van het schilderwerk. De werkelijke kosten waar de klachten over gaan, bedragen zijns inziens € 7.325,- in plaats van € 12.500,-.

Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

De ondernemer stelt zich op het standpunt de consument erop te hebben gewezen dat de boot beter gestraald kon worden alvorens een nieuwe verflaag zou worden aangebracht. Voorts is de ondernemer van mening dat het niet noodzakelijk is om de gehele opbouw opnieuw te schilderen, nu het schilderwerk slechts op enkele plekken niet aan de verwachtingen voldoet. Hij heeft zich dan ook uitsluitend bereid verklaard om de plekken waar de kwaliteit van het aangebrachte schilderwerk onvoldoende is, opnieuw te schuren en te lakken, eventueel door tussenkomst van een derde die deskundig is op het gebied van spot-repair. Dat het schilderwerk na verloop van tijd ook op andere plekken bijgewerkt moet worden, is volgens de ondernemer inherent aan de ouderdom van de boot en heeft niets te maken met het huidige schilderwerk.

Ten aanzien van de davitsteunen stelt de ondernemer zich op het standpunt dat overeengekomen is dat een verrot onderdeel zou worden vervangen, hetgeen hij ook gedaan heeft. De opdracht tot reparatie hield volgens de ondernemer niet in dat de bestaande constructie zou worden veranderd. Dat telkens roestvorming bij de davitsteunen optreedt, is een gevolg van het feit dat de ontwerpconstructie te licht is, maar deze constructiefout valt de ondernemer niet aan te rekenen.

Deskundigenrapport

De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld.

Korte omschrijving van de klachten

De consument is ontevreden over de uitgevoerde werkzaamheden van de ondernemer.

Vaktechnisch oordeel

De boot is met de hand geschilderd met een Double Coat verfsysteem van de IJssel. De ondernemer heeft overgangen van scherpe randen van bijvoorbeeld de opbouw geplamuurd. Op deze plaatsen komen thans vele kleine blaasjes. Volgens de verfleverancier van de ondernemer zou dit een gevolg zijn van een oplosmiddel.
Wat de oorzaak ook moge zijn, dit is niet de bedoeling.

Voorts zitten er geel-rode vlekken in het lakwerk. De oorzaak hiervan kan de deskundige niet vaststellen. Het lakwerk van het kajuitdak geeft op enkele plaatsen onregelmatigheden in de laagdikte waardoor het beeld niet 100% dekkend en strak is.

Op diverse kleine plaatsen is over onderliggende laklagen en of roest geschilderd zonder dat deze goed zijn gladgeschuurd. De deskundige kan niet vaststellen of het roest is, daarvoor is destructief onderzoek nodig.

In de naden van de gasbun is wat corrosie zichtbaar.

Bij de fundatie van de davits is eveneens roestvorming ontstaan. De reden hiervan is dat de fundatie te licht is geconstrueerd, waardoor deze onder belasting doorbuigt en het lakwerk beschadigt. Conform een emailbericht aan de consument zou deze worden verstevigd. Dit is niet of niet juist uitgevoerd.

De conclusie van de deskundige luidt dat de kwaliteit van het geleverde schilderwerk onvoldoende is.

Herstel

Herstel is mogelijk.

Herstel is mogelijk door middel van opnieuw schuren, gronden en aflakken van de gehele opbouw, dekken en de spiegel.

Conform de offerte van [naam van de ondernemer] d.d. 17 september 2015 bedragen de herstelkosten:

Hellingen uit in het water, inclusief stadagen in de hal € 1.000,–
Schuren, gronden en aflakken opbouw en gangboorden € 4.075,–
     ———–
Totaal, inclusief BTW     € 5.075,–

Toelichting

Tijdens de inspectie door de deskundige heeft de consument gewezen op het lakwerk van het dek, opbouw en de spiegel. De romp aan bakboord- en stuurboordzijde heeft de consument niet op gewezen.

Beoordeling van het geschil

Naar aanleiding van de stukken en hetgeen partijen over en weer naar voren hebben gebracht, overweegt de commissie als volgt.

De klacht betreft de kwaliteit van het schilderwerk, uitgevoerd door de ondernemer.
De commissie heeft een deskundige opdracht gegeven om de klacht van de consument te onderzoeken. De deskundige is van mening dat sprake is van onvoldoende vakmanschap en hij heeft de kwaliteit van het schilderwerk als onvoldoende bestempeld. De commissie neemt deze bevindingen van de deskundige over.

Hoewel de ondernemer geen garantie heeft gegeven op de onderliggende verflagen, is de commissie van oordeel dat niet is gebleken dat de ondernemer de consument uitvoerig en ondubbelzinnig heeft gewaarschuwd voor problemen die, gelet op de ouderdom van de boot, in het schilderwerk kunnen ontstaan als het stralen van de boot achterwege blijft. Wat daar ook van zij, naar het oordeel van de commissie is niet aannemelijk dat de slechte kwaliteit van de onderliggende verflagen, (reeds onmiddellijk) ten grondslag ligt aan de thans zichtbaar geworden blaasjes, puntjes, verkleuringen en roestplekken in de lak. Aannemelijk is dat onvoldoende zorg is besteed aan het vakkundig prepareren van de ondergrond, alvorens een nieuwe laklaag werd aangebracht.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht van de consument gegrond is.

De deskundige heeft in zijn rapport aangegeven dat herstel slechts mogelijk is door het opnieuw schuren, gronden en aflakken van de gehele opbouw. De ondernemer heeft aangeboden herstelwerkzaamheden uit te voeren door de plekken bij te werken waar het schilderwerk van onvoldoende kwaliteit is. De consument stelt er echter weinig vertrouwen in dat de klacht daarmee volledig zal zijn verholpen. Ook de commissie acht daarmee de kans op een goed eindresultaat minimaal, omdat oneffenheden en kleurverschillen naar alle waarschijnlijkheid zichtbaar zullen blijven. De commissie bepaalt dan ook dat de gehele opbouw opnieuw dient te worden geschuurd, gegrond en afgelakt.

Bij de consument ontbreekt voorts het vertrouwen dat de ondernemer de schilderwerkzaamheden naar tevredenheid zal afleveren, omdat ondanks het feit dat hij hiertoe reeds tweemaal in de gelegenheid is geweest, het gewenste resultaat nog niet is bereikt.
Gelet hierop, alsmede op de inmiddels verstoorde verhouding tussen partijen, bepaalt de commissie dat de schilderwerkzaamheden aan de gehele opbouw van de boot door een ander dan de ondernemer dienen te worden uitgevoerd.

Ten aanzien van de davitsteunen is de commissie van oordeel dat deze door de ondernemer naar behoren zijn gerepareerd door een verrot onderdeel te vervangen. Vastgesteld is dat de bestaande constructie naar de huidige maatstaven niet sterk genoeg is, waardoor bij continue beweging door het gebruik ervan, blijvend verfschade zal optreden. Deze verfschade dient echter niet voor rekening en risico van de ondernemer te komen, nu hij niet gehouden was aanpassingen te verrichten aan de bestaande constructie.

De deskundige heeft overeenkomstig de offerte van de ondernemer de herstelkosten vastgesteld op
€ 5.075,– totaal, inclusief BTW. De commissie acht niet dit gehele bedrag voor toewijzing vatbaar, onder meer ten aanzien van het hellingen en gelet op hetgeen hiervoor ten aanzien van de davitsteunen is overwogen. Naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid wordt het bedrag vastgesteld op € 4.000,–. De ondernemer is dit bedrag aan de consument verschuldigd.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De commissie verklaart de klacht van de consument gegrond.

De ondernemer betaalt € 4.000,– aan de consument voor het laten uitvoeren van herstelwerkzaamheden, bestaande uit het opnieuw schuren, gronden en aflakken van de gehele opbouw van de boot van consument.

Overeenkomstig het reglement van de commissie dient de ondernemer voorts een bedrag van € 127,50 te vergoeden aan de consument ter zake van het klachtengeld.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 150,–.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Waterrecreatie op 7 februari 2017.