Stelplicht en bewijslast van het afleveren van een keyboard ligt bij de ondernemer

De Geschillencommissie




Commissie: Thuiswinkel    Categorie: Bewijslast ondernemer / Herroepingsrecht / Ontbinding    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: gegrond   Referentiecode: 371872/381690

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De uitspraak gaat over een koopovereenkomst tussen een ondernemer en consument. De consument heeft bij ondernemer een keyboard gekocht. Deze is echter nooit geleverd. De ondernemer stelt dat het mogelijk gestolen is en dat de consument aangifte moet doen voor een mogelijke terugbetaling. De consument heeft de overeenkomst ontbonden, maar de ondernemer weigert het geld terug te betalen. De ondernemer stelt zich op het standpunt dat de terugbetaling inmiddels in gang is gezet. De commissie beslist als volgt. De consument heeft bericht dat de zaak niet is opgelost. De commissie gaat dan ook over tot beoordeling van het geschil. De ondernemer is op grond van de koopovereenkomst verplicht om het keyboard in eigendom over te dragen en af te leveren aan de consument. Nu de consument dit betwist, rust op de ondernemer de stelplicht en bewijslast van de feiten waaruit die overdracht en aflevering volgt. Dit is niet gesteld. De klacht is gegrond.

De uitspraak

Behandeling van het geschil

De zaak is behandeld op 10 oktober 2024 te Utrecht. Partijen zijn niet op de zitting verschenen.

Onderwerp van het geschil
Dit geschil vloeit voort uit de op 29 maart 2024 gesloten koopovereenkomst, waarbij de ondernemer een keyboard aan de consument heeft verkocht tegen een koopprijs van € 208,59. Deze zaak spitst zich toe op de terugbetalingsverplichting van de ondernemer.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. Dat standpunt komt in de kern op het volgende neer. Zoals sinds 4 april 2024 bij de ondernemer is gemeld, heb ik het keyboard van de bestelling met nummer 171-3526416-5714715 nog niet ontvangen. Hierover heb ik schriftelijk geklaagd, maar de ondernemer stelt dat het keyboard mogelijk is gestolen en verlangt dat ik aangifte doe van een strafbaar feit voor een mogelijke terugbetaling van het aankoopbedrag. Daarna heb ik de koopovereenkomst bij e-mail van 10 april 2024 ontbonden en de ondernemer verzocht om teruggaaf van het aankoopbedrag binnen een redelijke termijn, omdat de ondernemer het keyboard niet heeft geleverd. De ondernemer weigert terugbetaling nadat ik de overeenkomst schriftelijk heb ontbonden. Hierover heb ik een klacht ingediend bij de ondernemer en Thuiswinkel.org, maar de ondernemer wil het aankoopbedrag alsnog niet terugbetalen. De ondernemer draagt de bewijslast van de aflevering van de bestelling. De consument eist ontbinding van de koopovereenkomst met terugbetaling van het aankoopbedrag, te vermeerderen met wettelijke rente en de kosten van de procedure, uitvoerbaar bij voorraad.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. Dit standpunt komt in de kern op het volgende neer. Zoals reeds op 27 mei 2024 aan de consument gemaild, heeft de ondernemer (terug)betaling aangeboden van het door de consument gevorderde bedrag inclusief klachtengeld. Omdat de consument de hoogte van het klachtengeld des verzocht niet heeft aangegeven, gaat de ondernemer er vooralsnog van uit dat het klachtengeld € 52,50 heeft bedragen. De terugbetaling van het totale bedrag is inmiddels in gang gezet.

Beoordeling van het geschil
Nadat de ondernemer eerder had bericht dat partijen de zaak onderling zouden hebben opgelost en het secretariaat op basis daarvan de zaak had gesloten, heeft de consument bericht dat de zaak niet is opgelost en heropend dient te worden. Het secretariaat heeft partijen vervolgens bericht dat de zaak inderdaad is heropend en dat de procedure wordt voortgezet. De commissie gaat dan ook over tot de beoordeling van het voorliggende geschil en overweegt als volgt.

De ondernemer is op grond van de koopovereenkomst verplicht om het keyboard in eigendom over te dragen en af te leveren aan de consument. Nu de consument die overdracht en aflevering nadrukkelijk betwist, rust op de ondernemer de stelplicht en eventuele bewijslast van de feiten waaruit die overdracht en aflevering aan de consument volgt. Omdat de ondernemer dat niet stelt zodat verder tot uitgangspunt dient dat de consument het keyboard niet heeft ontvangen, kwalificeert de door de consument bij e-mail van 10 april 2024 ingeroepen ontbinding als een tijdige uitoefening van het wettelijke herroepingsrecht. Ook weerspreekt de ondernemer de klacht en eis van de consument niet gemotiveerd, zodat de commissie concludeert dat de klacht van de consument gegrond is.

Dat de ondernemer reeds heeft aangeboden om de aankoopprijs en het klachtengeld aan de consument terug te betalen, leidt hier niet tot ongegrondverklaring van de klacht, zoals bedoeld in artikel 17 lid 3 Reglement. De ondernemer heeft dat aanbod immers eerst gedaan toen het geschil bij de commissie reeds aanhangig was. Bovendien omvatte dat aanbod niet de wettelijke rente die de consument (ook) eist en waar de consument ook recht op heeft, omdat de ondernemer niet binnen de in artikel 6:230r lid 1 BW bedoelde veertien-dagen-termijn na de herroeping aan zijn wettelijke vergoedingsverplichting heeft voldaan. Hierdoor is de ondernemer (zonder ingebrekestelling) met de betaling daarvan in verzuim geraakt en de wettelijke rente daarover verschuldigd met ingang van 24 april 2024.

De commissie zal verklaren dat de overeenkomst is herroepen, zodat de ondernemer aan de consument € 208,59 moet (terug)betalen met de wettelijke rente met ingang van 24 april 2024, maar alleen voor zover de ondernemer dat nog niet aan consument mocht hebben betaald. De commissie oordeelt dat ter beëindiging van dit geschil ook redelijk en billijk. Alles bij elkaar concludeert de commissie dat de klacht van de consument gegrond is. Haar Reglement maakt de commissie niet bevoegd om de door de consument verlangde uitvoerbaarheid bij voorraad uit te spreken. Artikel 21 van haar Reglement schrijft de commissie voor dat de ondernemer wel het door de consument betaalde klachtengeld moet vergoeden en behandelingskosten aan de commissie moet betalen. Wat partijen verder nog aanvoeren, bevat geen feiten die de commissie anders doen beslissen. De commissie beslist nu als volgt.

Beslissing
De commissie verklaart dat de overeenkomst van 29 maart 2024 is herroepen. Dit betekent hier dat:
a. de ondernemer het keyboard niet meer in eigendom hoeft over te dragen en af te leveren aan de consument;
b. de ondernemer aan de consument moet (terug)betalen een bedrag van € 208,59, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover met ingang van 24 april 2024,
maar een en ander slechts voor zover de ondernemer dat inmiddels nog niet aan consument mocht hebben betaald.

De commissie bepaalt dat de ondernemer aan de consument ook € 52.50 voor betaald klachtengeld moet vergoeden, voor zover de ondernemer dat inmiddels nog niet aan consument mocht hebben betaald. De commissie bepaalt dat de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd is. De commissie wijst het meer of anders door de consument verlangde af. Aldus beslist door de Geschillencommissie Thuiswinkel, bestaande uit mr. M.G.W.M. Stienissen, voorzitter, mr. S.L.R. van Nuijs en mr. L. Schots-Smit, leden, op 10 oktober 2024.