Commissie: Notariaat Zakelijk
Categorie: Kosten
Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
84526
De uitspraak:
Bevoegdheid arbiters en plaats van arbitrage
De bevoegdheid van de arbiters berust op een overeenkomst tot arbitrage, zoals vervat in een door de cliënt(e) ondertekend vragenformulier en een verplichte deelname van de notaris via de Verordening Klachten- en geschillenregeling, waarbij de bij de KNB aangesloten notarissen zich voor de beslechting van alle geschillen ontstaan naar aanleiding van de totstandkoming en/of uitvoering van de dienstverlening, inclusief alle declaratiegeschillen, onderwerpen aan arbitrage door de commissie. De notaris is lid van de KNB. Aldus is voldaan aan de eis van artikel 1021 Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering. Alle geschillen zullen worden beslecht overeenkomstig het Reglement Geschillencommissie Notariaat (hierna te noemen: het Reglement).
De bevoegdheid van ondergetekenden om het geschil tussen partijen als arbiters te beslechten is gezien het vorenstaande gegeven. Zij dienen gelet op het bepaalde in artikel 31 van het Reglement te beslissen als goede mannen naar billijkheid, waarbij zij met in achtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst als maatstaf voor het handelen van de notaris hanteren dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende notaris.
Als plaats van arbitrage is Den Haag vastgesteld.
Standpunt eiseres
Voor het standpunt van eiseres verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt haar standpunt op het volgende neer.
Eiseres maakt bezwaar tegen de hoogte van de declaratie van 16 januari 2014. De notaris heeft daarop € 105,– plus B.T.W. berekend voor het aan eiseres zenden van een kopie van het door de notaris gehouden testament van wijlen [naam overleden persoon]. Weliswaar heeft de notaris eiseres vóór het toezenden van die kopie gevraagd of eiseres met dit bedrag akkoord ging, maar dat neemt niet weg dat eiseres meent dat de declaratie onredelijk hoog is. De notaris die gevraagd wordt om een kopie of uittreksel van een door hem gehouden testament heeft een monopolie positie en het gaat de notaris in die positie niet aan om € 105,– exclusief B.T.W. te rekenen voor het verstrekken van een kopie van één bladzijde.
De cliënt wenst vermindering van de declaratie naar een bedrag van € 25,– exclusief B.T.W., in totaal een bedrag van € 30,25.
Ter zitting is namens eiseres verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Er staat nog een bedrag van € 96,80 open. Eiseres heeft geen kopie gevraagd maar een uittreksel. Eiseres heeft een kopie ontvangen. De communicatie tussen partijen is niet handig verlopen. Eerst deelde de notaris mede dat hij eiseres niet kon bijstaan. Toen kwam eiseres erachter dat de notaris haar moest bijstaan. De ontvankelijkheid is geen probleem. Eiseres heeft vooraf geen voorbehoud ten aanzien van de prijs gemaakt omdat zij ervan uitging dat de notaris de opdracht dan zou weigeren. Dit zou niet in het belang zijn van de cliënte van eiseres. Ook dacht eiseres dat het een uittreksel zou betreffen en dat de notaris een en ander moest samenvatten. Dit bleek niet het geval.
Standpunt notaris
Voor het standpunt van notaris verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt zijn standpunt op het volgende neer.
De notaris heeft meer tijd besteed aan het verzoek dan gemiddeld. Eiseres was in eerste instantie niet duidelijk in haar opdracht. Ook gezien de wijze waarop de communicatie verliep, heeft de notaris vooraf een kostenopgave gedaan aan eiseres. Eiseres heeft daaraan, zonder enig voorbehoud, haar goedkeuring verleend. Eiseres dient niet ontvankelijk te worden verklaard in de klacht omdat de declaratie die thans wordt betwist door eiseres reeds is goedgekeurd.
Ter zitting is namens de notaris verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
De notaris persisteert in zijn beroep op niet ontvankelijkheid. In reactie op de inhoudelijke klacht merkt de notaris op dat er meer werkzaamheden nodig zijn om de opdracht te kunnen uitvoeren. Zo moet het testament in en uit het archief worden gehaald en zijn er andere administratieve werkzaamheden nodig. In verhouding tot de bestede tijd is € 105,– een reëel bedrag. Het betreft geen kopie. De notaris heeft uit het testament de benodigde informatie gehaald en op één A4 samengevat. Ter zitting heeft de notaris het betreffende document aan de commissie en eiseres getoond.
Behandeling van het geschil
Op 18 juni 2014 heeft te Den Haag de mondelinge behandeling ten overstaan van de arbiters plaatsgevonden, bijgestaan door [naam secretaris] fungerend als secretaris.
Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen om ter zitting te verschijnen. Beide partijen zijn ter zitting verschenen.
Beoordeling van het geschil
Gelet op de stukken en hetgeen ter zitting nog is aangevoerd overweegt de commissie het volgende.
Ten aanzien van het beroep van de notaris op de niet ontvankelijkheid van eiseres oordeelt de commissie als volgt.
Ook indien een consument instemt met de prijs van een geoffreerde dienst of product dient het de consument vrij te staan de juistheid van de prijs van die dienst of product ter discussie te stellen. Indien dit anders zou zijn zou een consument immers nimmer tekortkomingen van de zijde van de ondernemer bij de uitvoering van de dienst c.q. de levering van het product aan de orde kunnen stellen. Reeds hierom dient het beroep op niet ontvankelijkheid van de zijde van de ondernemer i.c. de notaris te worden gepasseerd.
Het staat aldus eiseres vrij de juistheid van het gedeclareerde bedrag voor te leggen aan de commissie.
De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de notaris hanteert dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende notaris.
De commissie is van oordeel dat de notaris hieraan heeft voldaan.
De notaris heeft in opdracht van eiseres werkzaamheden verricht en hiervoor kosten in rekening gebracht. De vraag die aan de commissie voorligt is of het in rekening gebrachte bedrag van € 105,– redelijk is. De commissie is van oordeel dat dit het geval is. De notaris heeft aannemelijk gemaakt dat er feitelijk werkzaamheden zijn verricht en dat hij het testament heeft moeten bewerken. Gelet hierop is de prijs verdedigbaar. Dat eiseres wellicht elders een andere prijs uit had kunnen onderhandelen is daarbij niet van belang. Wel had de notaris naar het oordeel van de commissie duidelijker kunnen zijn over zijn werkzaamheden, die niet slechts bestonden uit een kopietje.
Het door eiseres verlangde wordt afgewezen. Eiseres zal het openstaande bedrag aan de notaris moeten voldoen.
Nu de klacht van eiseres ongegrond wordt verklaard is het naar het oordeel van de commissie gerechtvaardigd dat het klachtengeld voor rekening van eiseres komt. Eiseres heeft het klachtengeld reeds voldaan, zodat de commissie daarover niet meer hoeft te beslissen.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart eiseres ontvankelijk inzake de klacht;
– bepaalt dat eiseres aan de notaris nog verschuldigd is een bedrag van € 96,80;
– wijst de klacht en het meer of anders gevorderde af.
Dit arbitraal vonnis is gewezen te Den Haag op 23 juli 2014 door de Geschillencommissie Notariaat.