Uitdrukkelijke wensen over diepte van laden en werkblad niet gespecificeerd op orderbevestiging

De Geschillencommissie




Commissie: Bouw-en afbouwmaterialen    Categorie: (non)conformiteit    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: ten dele gegrond   Referentiecode: 177001/185669

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Volgens de consument zijn de laden in de geleverde keuken niet volgens de afspraken geleverd en is de keuken te hoog. De ondernemer betwist dat er verdiepte laden en kasten zouden worden geleverd. Daarnaast zou de consument al akkoord zijn gegaan met de hoogte van de keuken, door de opleverbon te tekenen. De commissie stelt vast dat de orderbevestiging en de bijbehorende tekening leidend zijn voor hetgeen opgeleverd moet worden. Verder acht de commissie het van belang dat de consument – zoals onweersproken is gesteld – bij eerste mondeling mogelijkheid aan de ondernemer uitdrukkelijk heeft verteld dat zij een verdiept werkblad met verdiepte laden en kasten wenste, zoals zij ook in de showroom had gezien. Aangezien de ondernemer hierop had moeten doorvragen en anderzijds de consument had moeten verlangen dat haar wensen op de orderbevestiging zouden worden bevestigd, valt het geschil aan beide partijen te verwijten. De klacht is ten dele gegrond.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft de uitvoering van een overeenkomst tot levering en montage van een keuken overeenkomstig de orderbevestiging van 22 oktober 2021 met bijbehorende tekening.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Overeengekomen is dat de keuken uitgevoerd zou worden met een verdiept werkblad en verdiepte laden en kasten. De geleverde laden en kasten zijn echter niet verdiept maar van een standaard diepte. De ondernemer dient alsnog verdiepte laden en kasten te leveren. Bovendien dient de keuken omlaag gebracht te worden omdat deze hoger is dan overeengekomen.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Betwist wordt dat overeengekomen is dat verdiepte laden en kasten zouden worden geleverd. De laden en kasten zouden met een standaard diepte (56 cm) geleverd worden, zoals uit de orderbevestiging en bijbehorende tekening blijkt. Verdiepte laden en kasten zouden tot een substantiële prijsverhoging hebben geleid. Wat de hoogte van de keuken betreft: de consument heeft de opleverbon voor akkoord getekend, waarop staat aangetekend dat deze hoger is geplaatst in verband met de (hogere) nieuwe vloer.

Het deskundigenrapport
De deskundige P. Lok heeft op 27 oktober 2022 een rapport uitgebracht. Hij is van oordeel dat uit de orderbevestiging niet blijkt dat verdiepte laden en kasten geleverd zouden worden, maar dat daaruit evenmin blijkt dat sprake is van standaarddiepte. Dat laatste kan wel worden afgeleid uit het tweedimensionaal getekende bovenaanzicht van de keuken. Daarin staat over de volle lengte van de onderkasten op een diepte van 60 cm vanaf de voorzijde een stippellijn ingetekend. De consument stelde dat ze dacht dat deze lijn met de wandplank te maken had, maar deze is slechts 150 cm lang en heeft dus niet de volle lengte van het keukenblok. Aan de hand van de tekening kan verondersteld worden dat er standaard laden en kasten zouden worden geleverd, terwijl het niet ongebruikelijk is dat standaard kasten worden voorzien van een verdiept werkblad.

De deskundige schat dat met vervanging van de onderkast en de hoge kast een bedrag van € 1.100,– inclusief btw zal zijn gemoeid.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Uitgangspunt is dat de inhoud van de overeenkomst wordt bepaald door de orderbevestiging en de bijbehorende tekening. Met de deskundige is de commissie van oordeel dat daaruit niet blijkt dat verdiepte laden en kasten zouden worden geleverd. Maar er is meer. Bij gelegenheid van de mondelinge behandeling heeft de consument onweersproken gesteld dat zij bij haar eerste bezoek aan de ondernemer uitdrukkelijk voorop heeft gesteld dat zij wat betreft de diepte van de keuken een verdiept werkblad met verdiepte laden en kasten wenste, zoals zij ook in de showroom had gezien. Die uitdrukkelijke wens had de betrokken verkoper ertoe moeten brengen dit nader met de consument te bespreken en daarop door te vragen, ook met het oog op de daarmee gemoeide (meer)kosten. Dit had de thans voorliggende miscommunicatie kunnen voorkomen. Anderzijds had van de consument verwacht mogen worden haar veronderstelling dat verdiepte laden en kasten zouden worden geleverd duidelijk op de orderbevestiging te laten vermelden. Aldus valt het huidige geschil op dit punt aan beide partijen gelijkelijk te verwijten, hetgeen de commissie ertoe brengt te bepalen dat de ondernemer aan de consument een vergoeding dient te betalen van € 550,–.

Wat betreft de hoogte van de keuken deelt de commissie het standpunt van de ondernemer dat de consument met het voor akkoord tekenen van de opleverbon ook akkoord is gegaan met het hoger plaatsen van de keuken in verband met een hogere nieuwe vloer.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ten dele gegrond is.

Daarom wordt als volgt beslist.

Beslissing
De ondernemer dient binnen vier weken na verzending van deze beslissing aan de consument een vergoeding te betalen van € 550,–.

Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een deel van het klachtengeld aan de consument te vergoeden, namelijk een bedrag van € 50,–.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Bouw en Afbouwmaterialen, bestaande uit de heer mr. R.J. van Boven, voorzitter, de heer J. Breunesse, mevrouw mr. C.R.J.M. den Hartog-Kaaij, leden, op 14 maart 2023.