Verhoging energietarief kan pas bij nieuwe huurperiode ingaan

De Geschillencommissie




Commissie: Waterrecreatie    Categorie: Kosten / Overeenkomst    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: gegrond   Referentiecode: 186048/189768

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De consument heeft een all-in contract afgesloten met de ondernemer. De ondernemer wil per 1 oktober 2022 de energietarieven verhogen en meters plaatsen. De consument is het hier, gelet op het contract dat hij heeft met de ondernemer, niet mee eens. Hij heeft hierover gecorrespondeerd met de ondernemer, maar dit heeft niet tot een oplossing geleid. De ondernemer stelt met verwijzing naar artikel 8 lid 3 van de Hiswa-voorwaarden dat tijdens de looptijd van een contract ‘lastenverzwaring’ mag worden doorberekend in de prijs. De ondernemer meent op grond van artikel 8.3 van de Hiswa-voorwaarden gerechtigd te zijn de energietarieven met ingang van 1 oktober 2022 te verhogen. Artikel 8.3 stelt dat de ondernemer uiterlijk 3 maanden vóór het begin van de nieuwe huurperiode de huursom kan wijzigen. De verhoging is aangekondigd op 27 juli 2022, gedurende de huurperiode die loopt van 1 april 2022 – 1 april 2023. Deze verhoging is derhalve in strijd met de Hiswa-voorwaarden. De verhoging kan pas bij een nieuwe huurperiode ingaan. De door ondernemer genoemde reden van verhoging is in dit geval niet relevant, nu dit gedurende de lopende huurperiode is ingevoerd, hetgeen niet is toegestaan. De commissie verklaart de klacht van de consument gegrond.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft de verhoging van de energietarieven per 1 oktober 2022.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt
het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft een all-in contract afgesloten met de ondernemer. De ondernemer wil per 1 oktober
2022 de energietarieven verhogen en meters plaatsen. De consument is het hier gelet op het contract dat
hij heeft met de ondernemer niet mee eens. Hij heeft hierover gecorrespondeerd met de ondernemer, maar
dit heeft niet tot een oplossing geleid.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern
komt het standpunt op het volgende neer.

De ondernemer stelt met verwijzing naar artikel 8 lid 3 van de Hiswa-voorwaarden dat tijdens de looptijd
van een contract ‘lastenverzwaring’ mag worden doorberekenen in de prijs. Dit doet de ondernemer vanaf
1 oktober 2022 middels het bijhouden van geijkte meterstanden en daadwerkelijk verbruik. Dit is via
meerdere e-mails gecommuniceerd naar de ligplaatshouders. De ondernemer heeft aan Hiswa de vraag
voorgelegd of het doorberekenen van energieverbruik is toegestaan en dat werd bevestigend beantwoord.
Het staat iedere ligplaatshouder en dus ook de consument vrij om de overeenkomst vroegtijdig op te
zeggen. De ondernemer is echter niet verplicht het liggeld te restitueren. Desondanks heeft de ondernemer
de consument het aanbod gedaan de helft van het betaalde liggeld te restitueren. De consument is op dit
aanbod niet ingegaan. De ondernemer probeert altijd zo veel mogelijk mee te denken in oplossingen zodat
de klant het naar zijn zin heeft. Met de prijsstijgingen die zijn ingezet en blijven stijgen, is de ondernemer
genoodzaakt de lastenverzwaring door te berekenen en kan hierin weinig betekenen voor de consument.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De ondernemer meent op grond van artikel 8.3 van de Hiswa-voorwaarden gerechtigd te zijn de
energietarieven met ingang van 1 oktober 2022 te verhogen. Artikel 8.3 van de Hiswa-voorwaarden stelt
dat de ondernemer uiterlijk 3 maanden vóór het begin van de nieuwe huurperiode de huursom kan
wijzigen. De verhoging is aangekondigd op 27 juli 2022, gedurende de huurperiode die loopt van
1 april 2022 – 1 april 2023. Deze verhoging is derhalve in strijd met de Hiswa-voorwaarden. De verhoging
kan pas bij een nieuwe huurperiode ingaan. De verwijzing door een Hiswa-medewerker in zijn e-mail van
12 augustus 2022 naar de laatste zin van artikel 8.3 kan de commissie niet volgen. Daarin staat slechts dat
de consument niet het recht heeft om binnen 21 dagen na ontvangst van het bericht van de verhoging
alsnog de huurovereenkomst op te zeggen, als de ondernemer de huursom wijzigt vanwege een
lastenverzwaring aan zijn kant, die het gevolg is van een wijziging van belastingen, heffingen en dergelijke
zaken, die ook de consument betreffen. Deze wijzigingen zijn niet van toepassing. De door ondernemer
genoemde reden van verhoging is in dit geval niet relevant, nu dit gedurende de lopende huurperiode is
ingevoerd, hetgeen niet is toegestaan.

Derhalve wordt als volgt beslist waarbij zij aangetekend dat deze beslissing alleen geldt in de relatie van
deze consument met deze ondernemer.

Beslissing
De commissie verklaart de klacht van de consument gegrond.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 77,50
aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer een bijdrage in de behandelingskosten
verschuldigd aan het secretariaat van de commissie.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Waterrecreatie, bestaande uit de heer mr. J.N. de Blécourt,
voorzitter, de heer J. Zetzema, mevrouw drs. P.C. Hoogeveen-de Klerk, leden, in aanwezigheid van
mevrouw mr. M. Gardenier, secretaris, op 23 november 2022.