Verhuizing. Geen abonnementskosten verschuldigd over periode tot oplevering verbinding

De Geschillencommissie




Commissie: Telecommunicatiediensten    Categorie: Betaling    Jaartal: 2015
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: ECD08-0719

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft de aansluiting van een internetabonnement.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument stelt dat de ondernemer de internetaansluiting op zijn nieuwe adres drie maanden te laat heeft gerealiseerd. De consument heeft hiervoor kosten moeten maken, welke hij vergoed wenst te zien.   Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   De consument heeft zijn verzoek tot vergoeding van de reiskosten gemotiveerd door te stellen dat de ondernemer niet juist heeft gehandeld en het tot een zitting heeft laten komen, terwijl dit niet nodig was geweest.   De ondernemer heeft het bedrag ad € 66,27 in mindering gebracht op de factuur van juni 2008.   De consument verlangt vergoeding van een bedrag ad € 313,30, bestaande uit abonnementskosten ad € 125,27, abonnementskosten en gesprekskosten in verband met het mobiel bellen ad € 175,13 en de kosten van twee aangetekend verzonden brieven ad € 13,30. Tevens verlangt de consument vergoeding van de reiskosten in verband met het bijwonen van de zitting en het klachtengeld ad € 50,–.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer heeft aangevoerd dat de consument op 10 juni 2008 een verzoek tot verhuizing van zijn internetabonnement heeft gedaan. Dit verzoek is op 29 juli 2008 afgewezen, omdat het opgegeven adres en het opgegeven telefoonnummer niet overeenkomen. Op 2 oktober 2008 is de verbinding opgeleverd.   Naar aanleiding van de klacht van de consument zijn de verhuiskosten ad € 59,– gecrediteerd en verrekend op de factuur van november 2008. Tevens heeft de consument een vergoeding van € 66,27 inclusief BTW ontvangen, welke is verrekend op de factuur van januari 2009.   De ondernemer verklaart zich akkoord met de vordering van de consument, welke naar de mening van de ondernemer begroot dient te worden op € 224,40. Hierop dient in mindering gebracht te worden het bedrag dat de consument al ter compensatie van het ondervonden ongemak heeft ontvangen.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De klacht is niet althans onvoldoende weersproken, zodat deze vaststaat.   De commissie is met partijen van oordeel dat het te lang heeft geduurd voordat de aansluiting op het nieuwe adres van de consument is gerealiseerd en dat dit in overwegende mate aan de ondernemer is toe te rekenen. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.   De consument is geen abonnementskosten verschuldigd over de periode dat de verbinding nog niet was opgeleverd. De ondernemer dient de consument een bedrag ad € 125,27 terug te betalen. De ondernemer dient tevens de gesprekskosten te vergoeden die de consument in verband met de verlate oplevering van de verbinding heeft moeten maken. In zijn brief van 31 oktober 2008 begroot de consument deze kosten op € 62,96, welke bedrag niet door de ondernemer is weersproken en de commissie ook niet onredelijk voorkomt. De gevorderde abonnementskosten voor mobiele telefonie worden afgewezen, omdat de consument dit abonnement al ruim voor het ontstaan van de onderhavige klacht had afgesloten, en deze kosten dus niet in verband staan met deze klacht. De gevorderde kosten wegens het aangetekend versturen van brieven zijn niet weersproken en worden derhalve toegewezen.   Zoals ook de consument tijdens de zitting naar voren heeft gebracht, heeft de ondernemer zich met betrekking tot deze klacht bijzonder passief opgesteld. Het initiatief tot contact moest steeds van de consument komen. De ondernemer heeft hierin helaas volhard door ook niet tijdens te zitting te verschijnen. Door deze volstrekt ontoereikende communicatie heeft de ondernemer het ongemak en de irritatie voor de consument onnodig verhoogd. De commissie acht een vergoeding hiervoor van € 100,– in dit geval redelijk en billijk.   Op grond van het vorenstaande dient de ondernemer de consument derhalve een bedrag van € 300,96 te vergoeden, waarop in mindering strekt de eerder door de consument ontvangen vergoeding van € 66,27, zodat de ondernemer nog dient te voldoen een bedrag ad € 234,69 te vermeerderen met het klachtengeld.   Ingevolge het reglement van de commissie worden slechts in bijzondere gevallen kosten vergoed, die verband houden met de behandeling van het geschil door de commissie. De commissie acht in dit geval geen bijzondere omstandigheden aanwezig om een vergoeding voor deze kosten toe te kennen.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 234,96. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 50,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Elektronische Communicatiediensten op 8 mei 2009.