Commissie: Klussenbedrijven
Categorie: Kosten
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
KLU08-0015
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een omstreeks 27 oktober 2007 mondeling tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van overeengekomen werkzaamheden met bijlevering van materialen tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 18.000,23. De overeenkomst is eind oktober 2007 en in de eerste twee weken van november 2007 gedeeltelijk uitgevoerd. Op 13 november 2007 is de verdere uitvoering van de werkzaamheden in onderling overleg beëindigd. De consument heeft een bedrag van € 2.437,21 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd. De consument heeft op 13 november 2007 de klacht voorgelegd aan de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Overeengekomen was oorspronkelijk dat de ondernemer op de bestaande aanbouw een kapdak zou maken, wind- en waterdicht, voorzien van twee pvc-kozijnen met houtnerf en in elk kozijn één draaivalraam. Boven het gesloten raam zou een ducoklep worden aangebracht en al het glaswerk zou dubbel glas zijn. Naar de mening van de consument was de ondernemer niet bij machte om de betreffende constructie te realiseren. Onder werktijd zou hij bij verschillende mensen geweest zijn om te vragen hoe het eigenlijk moest. Ook heeft hij veel te dure schroeven, dampwerende folie en andere materialen gebruikt en is hij tijdens werktijd materialen gaan halen in plaats van die van te voren aan te schaffen en bij de consument -die daarvoor de ruimte had- op te slaan. De constructie was na twee weken nog niet water- en winddicht. Na het uiteengaan van partijen heeft de ondernemer geen afdoende specificatie van de materiaalkosten en de gewerkte uren verstrekt. Er is een bedrag van € 7.000,– aanbetaald. De eindnota beliep € 9.437,21. De uren van de ondernemer heb ik zelf bijgehouden. Het waren er 55. De ondernemer komt zelf tot 78,5 uur waarvan 24 uur voorbereidend werk. Ter zitting heeft de consument verder nog in hoofdzaak het volgende aangevoerd. Het is juist dat het aanvankelijk de bedoeling was dat ik twee weken vrij zou nemen van mijn werk om mee te helpen. Ik heb echter maar één week vrij kunnen krijgen en ook geholpen. De ondernemer houdt twee kozijnen en ramen achter omdat ik niet alles betaald heb. Een specificatie van de gebruikte materialen heb ik nog steeds niet ontvangen. Hij wordt mij nu ter zitting getoond. Uit die specificatie, waar overigens geen prijzen bijstaan, blijkt dat de ondernemer te dure materialen heeft gebruikt. Het werk dat de deskundige bij zijn opname gezien heeft was niet allemaal door de ondernemer verricht. Wij hebben zelf een spant gezet onder de door de ondernemer gemaakte balklaag en het door hem gemaakte wandje en hebben de dakdoorbraak zelf gerealiseerd. Er moet een financiële regeling komen gelet op de verhouding tussen partijen. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. Ik had al eerder een verbouwing voor de consument uitgevoerd. Daarom kwam hij bij mij. Het is voor mij begonnen met voorbereidende werkzaamheden. Zo heb ik samen met de consument de aanvraag voor de bouwvergunning ingevuld, een materialenlijst gemaakt, ben ik naar leveranciers geweest om prijzen op te vragen, heb ik een kostenbegroting gemaakt voor de financier van de verbouwing en heb ik een offerte gemaakt en alles met de consument doorgesproken. Met dit alles zijn 24 uur gemoeid geweest die ik, als ik het werk had kunnen voltooien niet in rekening gebracht zou hebben, maar nu wel in rekening breng. Voor wat betreft de ter plaatse gewerkte uren heb ik een half uur minder genoteerd dan de consument zoals u ziet. Tijd gemoeid met het ophalen van materiaal heb ik niet in rekening gebracht. Nadat ik een week met de consument samen had gewerkt en alleen verder moest kwam zijn vrouw vertellen dat ze het werk wilde stopzetten omdat het te duur werd als ik alleen aan het werk was. Ze wilde het werk afmaken met hulp van haar twee broers. Met betrekking tot de materialen kan ik alleen maar zeggen dat ik goede materialen heb gebruikt. De consument is met de offerte akkoord gegaan. De eindnota is correct. De kozijnen en ramen die nog bij mij staan heb ik aan de leverancier betaald. Zodra hij betaald heeft staan ze ter beschikking van de consument. Wat ik zelf voor de materialen betaald heb gaat de consument niet aan. Naar mijn mening is het hele conflict terug te voeren op de financiële situatie van de consument. Er moet een financiële oplossing komen. Deskundigenrapport De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld. Aan mij is de vraag voorgelegd of de uitgevoerde werkzaamheden wel € 7.000,– waard zijn. Naar mijn mening is er niet vakkundig en goed doordacht gewerkt en is er sprake van ernstige gebreken. Of het geleverde werk € 7.000,– waard is kan ik moeilijk zeggen omdat ik niet weet waar de ondernemer met zijn werk gestopt is. Wel kan ik zien dat de uitgevoerde werkzaamheden slecht en onvakkundig zijn uitgevoerd. Dat de ondernemer nog € 2.737,21 (commissie: € 2.380,21 + € 357,– buitengerechtelijke incassokosten) in rekening brengt is naar mijn mening niet rechtvaardig. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Tijdens de opname van de deskundige, die op 7 juli 2008 heeft plaatsgevonden, heeft hij, behalve werk dat door de ondernemer is verricht, ook door anderen verricht werk te zien gekregen. Vastgesteld moet derhalve worden dat niet vaststaat dat het werk dat door de deskundige als slecht en onvakkundig uitgevoerd wordt aangemerkt door de ondernemer verricht werk is. Ook is niet na te gaan of het door de ondernemer geleverde werk € 7.000,– waard is en evenmin of het totaal door de ondernemer in rekening gebrachte bedrag (€ 9.380,21) het exact juiste is. De commissie is van oordeel dat het niet onredelijk is dat de ondernemer aan de consument voorbereidingsuren in rekening brengt nu hij zijn werkzaamheden voortijdig heeft moeten beëindigen. Wel is de commissie van oordeel dat het in rekening brengen van alle voorbereidingsuren niet op zijn plaats is nu, gezien de aanneemsom, ongeveer de helft van het werk was voltooid. De commissie is daarom van oordeel dat het in rekening brengen van 12 voorbereidingsuren redelijk en billijk is. De uren zijn in rekening gebracht ad € 30,– exclusief BTW per uur. Dat betekent dat een bedrag van € 428,40 in mindering op de nota van de ondernemer behoort te komen. Met betrekking tot de kozijnen en ramen die nog bij de ondernemer staan en die door de ondernemer betaald zijn, overweegt de commissie dat die aan de consument uitgeleverd dienen te worden tegen betaling van de daarvoor staande prijs zoals in de rekening van de ondernemer opgenomen, zij het onder aftrek van een bedrag van € 238,– inclusief BTW in verband met het feit dat zij enigszins afwijken van hetgeen geoffreerd is en niet met zekerheid valt vast te stellen of die lichte afwijking nu wel of niet tussen partijen overeengekomen is. De ondernemer dient voor aflevering van de kozijnen en de ramen ten huize van de consument zorg te dragen alvorens hij aanspraak op betaling daarvan kan maken. De inkoopprijzen die de ondernemer voor het materiaal heeft betaald regarderen de consument niet. Hij is akkoord gegaan met de offerte die mede op die prijzen gebaseerd was. Welke materialen er gebruikt zijn heeft hij gezien. Dat het werk minder snel is opgeschoten dan overeengekomen was komt niet voor risico van de ondernemer. Het is de consument geweest die een week minder heeft meegewerkt dan overeengekomen. Buitengerechtelijke kosten is de consument op grond van het bepaalde in artikel 6:96 Burgerlijk Wetboek verschuldigd. De commissie zal die kosten op gronden van redelijkheid en billijkheid echter matigen tot € 305,91, BTW inbegrepen. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De klacht is ten dele gegrond. De ondernemer voert de volgende werkzaamheden uit: hij draagt zorg voor aflevering van de kozijnen en ramen die hij heeft achtergehouden ten huize van de consument na een afspraak te hebben gemaakt met (de gemachtigde van) de consument omtrent het tijdstip van aflevering. De consument is gehouden om het kozijn en het raam alsdan in ontvangst te nemen. Een en ander dient te geschieden binnen een termijn van drie weken na de verzenddatum van dit bindend advies. Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 50,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld. Zodra de commissie bericht heeft ontvangen van beide partijen dat een en ander overeenkomstig de beslissing is geschied, zal het depotbedrag als volgt worden verrekend. Een gedeelte ervan groot € 2.019,72 wordt uitbetaald aan de ondernemer. Het restant ad € 417,49 wordt teruggestort aan de consument. De commissie wijst het meer of anders verlangde af. Aldus beslist door de Geschillencommissie Klussen- en Vloerenbedrijven op 21 augustus 2008.