Wijziging van de eigendomsstructuur op de camping (huurplaatsen worden koopplaatsen) dient als herstructurering te worden beschouwd

  • Home >>
  • Recreatie >>
De Geschillencommissie




Commissie: Recreatie    Categorie: Herstructurering    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: REC08-0151

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft het recht op een vergoeding na opzegging door de ondernemer wegens herstructurering.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument huurt sinds 2002 een standplaats bij de ondernemer. De ondernemer heeft hem op 1 maart 2005 meegedeeld dat alle huurovereenkomsten werden opgezegd per 1 januari 2010 en dat alle recreanten in de gelegenheid werden gesteld hun kavel te kopen. De huurders die geen gebruik maken van het aanbod hun standplaats te kopen, dienen uiterlijk op die datum hun standplaats leeg op te leveren. De consument overwoog zijn standplaats te kopen. Hij kon echter de financiering niet rond krijgen omdat de koopprijs steeds hoger werd.   De consument heeft daarom op 23 september 2008 zijn overeenkomst beëindigd en de ondernemer verwezen naar artikel 10 lid 6 sub b. van de Recron-voorwaarden voor vaste plaatsen. De consument meent dat hij op grond van deze voorwaarden recht heeft op een tegemoetkoming in de verplaatsingskosten van zijn caravan. Inmiddels heeft hij zijn caravan verhuisd naar een andere camping. De ondernemer heeft niet gereageerd op zijn verzoek om een vergoeding.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer heeft de huurovereenkomsten van alle recreanten waaronder de consument op 1 maart 2005 opgezegd per 1 januari 2010. Alle recreanten met een huurplaats kregen de gelegenheid hun standplaats te kopen. In 2005 waren ingeval van koop van het kavel de jaarlijkse financieringslasten plus de servicekosten ongeveer gelijk aan de toen geldende huurprijs. De ondernemer meent dan ook dat hij daarmee heeft voldaan aan de verplichting een vervangende plaats aan te bieden. Om die reden meent hij dat de consument niet in aanmerking komt voor de vergoeding zoals vermeld in artikel 10 lid 6 sub b. van de Recron-voorwaarden voor vaste plaatsen.   Overigens meent de ondernemer dat de consument een klacht bij de ondernemer had moeten indienen binnen 30 dagen na ontvangst van de opzeggingsbrief van 1 maart 2005 en binnen twee maanden daarna zijn klacht bij de commissie had moeten indienen.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Wat betreft de termijn waarbinnen de consument een klacht had moeten indienen merkt de commissie het volgende op. Het beroep op de niet-ontvankelijkheid van de consument in zijn klacht is door de ondernemer te laat ingediend. Afgezien daarvan meent de commissie dat niet is gebleken dat de consument bezwaar maakt tegen de opzegging. Zijn klacht heeft betrekking op de niet ontvangen vergoeding zoals bedoeld in artikel 10 lid 6 sub b. van de Recron-voorwaarden voor vaste plaatsen. Deze klacht ontstond pas nadat de consument op 23 september 2008 om deze vergoeding verzocht en de ondernemer daarop niet reageerde.   De commissie is van oordeel dat de wijziging van de eigendomstructuur op de camping in die zin dat de huurplaatsen te koop worden aangeboden aan de recreanten beschouwd dient te worden als herstructurering van de camping. Ingeval van opzegging wegens herstructurering is de ondernemer verplicht om de recreant zo mogelijk een plaats op het terrein aan te bieden. Indien geen vervangende plaats voorhanden is, heeft een recreant op grond van artikel 10 lid 6 sub b. van de Recron-voorwaarden voor vaste plaatsen recht op een tegemoetkoming van € 1.350,– in de kosten die verband houden met de verplaatsing of verwijdering van het kampeermiddel.   De ondernemer meent dat hij voldoet aan zijn verplichting een vervangende plaats aan te bieden door de consument in de gelegenheid te stellen zijn standplaats te kopen. De commissie is van oordeel dat met het aanbieden van een andere plaats in artikel 10 lid 6 sub a. van de Recron-voorwaarden bedoeld wordt een andere plaats te huur aanbieden. Een koopkavel kan niet worden beschouwd als vervanging van een huurplaats. Een kavel dat in eigendom is van een recreant is wezenlijk verschillend van een gehuurde standplaats, los van de vraag of koop al dan niet duurder is dan huur.   Aangezien de consument binnen de opzegtermijn zijn standplaats heeft ontruimd en er geen vervangende huurplaats beschikbaar is, heeft hij recht op de vergoeding van € 1.350,–.   De klacht is derhalve gegrond.   Beslissing   De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 1.350,–. Betaling dient plaats te vinden binnen één maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 37,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 90,–.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie op 17 april 2009.