Zijn de partijen geschillenbeslechting overeengekomen in een appgesprek?

De Geschillencommissie




Commissie: Klussenbedrijven    Categorie: Bevoegdheid commissie    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bevoegdverklaring   Uitkomst: bevoegd   Referentiecode: 301401/363705

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

In deze uitspraak wordt primair uitgezocht of de commissie bevoegd is om de zaak te behandelen, voordat het geschil tussen ondernemer en consument inhoudelijk wordt bekeken. Het is van belang of er tussen partijen een overeenkomst is, voordat de commissie naar de zaak mag kijken. Via een appbericht zijn de consument en ondernemer overeengekomen dat de ondernemer stucwerkzaamheden zou uitvoeren bij de consument. In dit appbericht is door de ondernemer geen verwijzing gemaakt naar de voorwaarden van de brancheorganisatie waarin geschillenbeslechting bij deze commissie is geregeld. Echter, was de ondernemer wel lid van de brancheorganisatie. Dit betekent volgens de commissie dat de voorwaarden van de brancheorganisatie altijd van toepassing zijn op de door de ondernemer gemaakte afspraken. Dit betekent dat geschillenbeslechting bij deze commissie ook onderdeel was van de overeenkomst tussen ondernemer en consument. De consument heeft dit ook aanvaard door de zaak op de juiste manier aanhangig te maken bij deze commissie. De commissie acht zich derhalve bevoegd om het geschil inhoudelijk te behandelen.

De uitspraak

Behandeling van het geschil

Partijen zijn niet voor de zitting opgeroepen, omdat uit de stukken blijkt dat eerst moet worden
beoordeeld of de commissie bevoegd is om in het geschil van partijen te beslissen met bindend advies. Partijen zijn hiervan op de hoogte gesteld.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

Het geschil is ter zitting behandeld op 17 oktober 2024 te Den Haag.

Beoordeling van de bevoegdheid van de commissie.

Partijen hebben zijn op of omstreeks 14 juni 2023 via WhatsApp de hier van belang zijnde overeenkomst tot het doen van stucwerkzaamheden bij de consument aangegaan.

De ondernemer heeft op 14 juni 2023 de consument als volgt bericht: “Goedemorgen: Ik heb even getekend en er een nachtje over geslapen. Voor 4500,– kan ik het uitvoeren inclusief materiaal hoeknaalden en finishpasta en primer. Dat doen wij in 5 dagen…de gehele woning met zijn 2en. Ik hoor graag van je”.

Daarop heeft de consument nog dezelfde dag als volgt geantwoord: “Yess we hebben een deal! Week 26 was het toch?”.

Direct antwoord ondernemer: “Ja klopt, 26ste komen we naar jouw toe, en gaan 30ste weer weg”

De ondernemer heeft vervolgens de afgesproken stucwerkzaamheden uitgevoerd, over de kwaliteit waarvan thans door de consument wordt geklaagd.

De commissie stelt vast dat in/bij de onderliggende afspraken geen verwijzing heeft plaatsgevonden naar de voor de bevoegdheid van deze commissie relevante Vlok-Uitvoeringsvoorwaarden 2021. Artikel 14 van die voorwaarden bevat het voor de bevoegdheid van deze commissie relevante bindend advies beding.

Partijen zijn later niet alsnog separaat bindend advies bij deze commissie overeengekomen. Een daartoe naar partijen gezonden te ondertekenen verklaring, is niet door de ondernemer ondertekend en geretourneerd. De consument heeft dat wel gedaan.

De commissie stelt vast dat de ondernemer ten tijde van het maken van de afspraken met de consument branche lid van de VLOK was. Dit betekent – zo weet de commissie ambtshalve – dat de ondernemer zich jegens diens brancheorganisatie onvoorwaardelijk heeft verplicht om bij het maken van afspraken met consumenten altijd daarvan deel te laten uitmaken bovengenoemde Algemene Consumentenvoorwaarden, inclusief dus voormeld bindend advies beding.

De geschillencommissie heeft herhaald beslist dat die afspraak van de ondernemer met diens branche meebrengt dat voormeld bindend advies beding moet worden aangemerkt als een ten behoeve van een derde, de consument, gemaakt derdenbeding. Dit beding dient enkel door de consument in kwestie aanvaard te worden, en dat is in casu gebeurd door het op juiste wijze aanhangig maken van het geschil bij deze commissie. Bovendien heeft de consument voormelde verklaring ondertekend geretourneerd, wat een bekrachtiging van voormelde aanvaarding inhoudt.

De conclusie die hieruit getrokken moet worden in het kader van deze voorbeslissing, is dat de commissie bevoegd is in het geschil van partijen te beslissen met bindend advies.

Daarom wordt eerst als volgt beslist.

Voorbeslissing

De commissie:

Verklaart zich bevoegd het geschil te behandelen.

Bepaalt dat de in het reglement van deze commissie aangeduide procedure verder dient te worden gevolgd.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Klussenbedrijven, bestaande uit
mr. M.L.J. Koopmans, voorzitter, en Ing. G.J. van Ingen en mevrouw J.M.A. van Haren, leden, op 17 oktober 2024.