Nadat haar caravan door brand is verwoest zegt een consument de huur van de vaste standplaats op. Dat doet zij volgens de voorwaarden vijf dagen te laat. De ondernemer wil dat de consument het gehele jaar betaalt, maar de commissie maakt daar twee maanden van.
De consument verlengt op 23 oktober 2014 de overeenkomst voor de huur van de vaste plaats met een jaar. Op 2 november wordt in de caravan ingebroken en brand gesticht. De caravan brandt geheel uit waarop de consument de ondernemer laat weten dat zij de verlenging voor 2015 intrekt. Volgens de ondernemer is dat echter te laat. Zij had dat voor 1 november 2014 moeten doen. De staanplaats is tot 31 december van het volgend jaar beschikbaar.
Gezien de overmacht vindt de consument dat heel onredelijk. Op geen enkele wijze heeft de ondernemer over een redelijke verdeling van de kosten voor 2015 willen overleggen. De verzekering heeft de schade vergoed, maar de consument voor wie de brand zeer emotioneel was, voelt zich op de camping niet meer veilig. Haar voorstellen aan de ondernemer waren gericht op terugkeer, maar dat wil zij niet meer. De consument vraagt de commissie een redelijke verdeling van de kosten van de standplaats voor het jaar 2015. Ze heeft een bedrag van € 2.405,– niet betaald en dat bij de commissie gedeponeerd.
De ondernemer verwijst naar de Recron voorwaarden voor vaste plaatsen. Die bepalen dat de overeenkomst uiterlijk twee maanden voor de afloop, dat wil zeggen uiterlijk 1 november, moet worden opgezegd. Dat betekent dat de consument het jaargeld voor 2015 verschuldigd is. Haar is aangeboden de resterende periode van het jaar terug te betalen als voor de plaats een andere recreant wordt gevonden. Ook stond het de consument vrij nadat de schade was vergoed een vervangend chalet te plaatsen of een ander chalet op het park te kopen. Zo stond het bijna gelijkwaardige chalet van de buurman te koop.
Voor de ondernemer was het afbranden van de stacaravan ook een schokkende gebeurtenis. Op zijn voorstellen heeft de consument niet gereageerd. Daarom gaat hij niet akkoord met het per 1 januari 2015 beëindigen van de overeenkomst en is de consument het volledige jaargeld verschuldigd. Het is niet te verwachten dat de plaats van de consument snel door een andere recreant wordt ingenomen, want er zijn al diverse plekken op de camping vrij.
De commissie vindt het begrijpelijk en invoelbaar dat de consument zich op de camping niet meer veilig voelt en daar niet meer ontspannen kan recreëren. Daarom is het ook begrijpelijk dat zij niet is ingegaan op de voorstellen van de ondernemer voor zover die er op waren gericht dat zij weer naar de camping terugkeert. Het voorstel van de ondernemer het resterende jaargeld terug te betalen als een andere recreant de plaats heeft ingenomen is overbodig. Op grond van de Recron voorwaarden is de ondernemer dat verplicht.
Omdat de overeenkomst, zonder dat dit aan de consument is toe te rekenen, slechts vijf dagen te laat is opgezegd, is naar het oordeel van de commissie onder deze omstandigheden het beroep van de ondernemer op de Recron voorwaarden niet aanvaardbaar. Daarom wordt de overeenkomst per 1 januari 2015 beëindigd. De consument krijgt het door haar in depot gestorte bedrag terug.