
Commissie: Reizen
Categorie: Schade
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
232405/239494
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De ondernemer heeft als boekingskantoor bemiddeld bij de totstandkoming van een overeenkomst tussen de consument enerzijds en een hotel die dezelfde naam als de ondernemer draagt anderzijds. Door waterschade op de kamer van de consument, heeft de consument schade geleden. Haar fototoestel en de lens daarvan zijn kapot gegaan. De consument verlangt vergoeding van de geleden schade. De commissie is van oordeel dat de ondernemer niet verantwoordelijk is voor de geleden schade. Onder het kopje ‘beoordeling van het geschil’ wordt uitgelegd waarom.
Meer uitspraken over het verschil tussen reisorganisator en boekingskantoor? Bekijk het uitsprakenoverzicht.
De uitspraak
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Reizen (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 1 mei 2024 te Den Haag.
Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.
Ter zitting werd de ondernemer digitaal vertegenwoordigd door mevrouw [naam]. De consument werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde mevrouw [naam].
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft de vordering van de consument tot vergoeding van de schade aan de fotocamera en de lens.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt, verwoordt door haar gemachtigde, neer op het volgende.
Op 8 november 2022 heeft cliënte samen met haar partner een verblijf geboekt in het [naam hotel] hotel via [de ondernemer] voor € 1.682,50. Het verblijf vond plaats van 22 tot 27 november 2022. Helaas is in de nacht van zaterdag (26 november) op zondag (27 november) een lekkage ontstaan in cliënte haar hotelkamer. Als gevolg hiervan heeft cliënte waterschade opgelopen aan haar fotocamera en lens. Fotocamera en lens zijn in 2021 aangeschaft voor € 2.755,90. Cliënte heeft onverwijld haar beklag gedaan bij het personeel van het hotel. De manager van het hotel is vervolgens met cliënte in gesprek gegaan en heeft toegezegd de schadeafhandeling netjes met cliënte te zullen afwikkelen. Cliënte hoefde zich absoluut geen zorgen te maken. Helaas blijkt niets minder waar. Cliënte heeft tot op heden nog geen schadevergoeding ontvangen, ook niet na herhaaldelijk verzoek.
Nu de ontstane lekkage op geen enkele wijze aan cliënte is toe te rekenen, komt de door cliënte geleden schade volledig voor rekening en risico van de ondernemer. De door cliënte geleden schade aan haar fotocamera en lens is immers het directe gevolg van de ontstane lekkage in de hotelkamer.
De gemachtigde heeft ter zitting onder meer het volgende toegevoegd:
U vraagt mij te reageren op het standpunt van de ondernemer inhoudende dat die in dit geval slechts reisagent is geweest. De consument heeft direct een beroep op schadevergoeding gedaan bij het hotel. Daar is echter niets uitgekomen. De consument heeft om die reden alsnog een beroep gedaan op de ondernemer in Nederland. U vraagt mij of ik een taxatie van de schade heb. Die heb ik niet. Ik heb de aankoopnota bij de stukken gevoegd. De camera en de lens zijn kapot gegaan. De consument had geen reisverzekering.
Standpunt van de ondernemer:
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De consument geeft aan schade te hebben opgelopen aan de camera die tijdens de reis mee was naar [land]. De ondernemer is niet verantwoordelijk voor eventuele schade aan persoonlijke eigendommen. Om mogelijke schade te dekken dient men een reisverzekering af te sluiten met voldoende dekking voor zaken die worden meegenomen. Speciaal voor zaken als fotoapparatuur moet men daar goed op letten, omdat deze vaak kostbaar zijn en een normale verzekering vaak niet toereikend is.
Omdat de consument een los hotelarrangement heeft geboekt en geen pakketreis heeft geboekt, is de ondernemer slechts een reisagent/wederverkoper in deze en conform artikel 5 lid 2 van de ANVR-voorwaarden niet aansprakelijk voor de handelingen en/of nalatigheid van de betrokken dienstverleners. De betrokken dienstverlener was het [naam hotel] op [land]. De [naam] hotels op [land] zijn een onafhankelijk bedrijf dat los staat van de touroperator [de ondernemer] in Nederland. De rechtsbijstand van de consument is hier al op gewezen. Zij zullen het hotel op [land] aan moeten spreken en die zo nodig voor een geschillencommissie dagen. In de verklaring van het hotel is te lezen dat er lekkage is ontstaan door zware regenval en dus een overmachtsituatie is geweest. Voorts stelt de consument dat er geen kluis zou zijn op de kamer om de camera in op te bergen. Dit is onjuist, elke kamer heeft een kluis. Maar zoals aangegeven als de consument dit alles betwist, zal het hotel hier direct nogmaals op aangesproken moeten worden.
De ondernemer heeft ter zitting onder meer het volgende toegevoegd:
U vraagt mij om een uitleg van de situatie. Het klopt dat de naam [naam hotel/ondernemer] hetzelfde is. Het zijn echter verschillende bedrijven met een eigen inschrijving in de kamer van koophandel. Wij zijn niet aansprakelijk. Er is geen pakketreis geboekt maar alleen het verblijf in de accommodatie. Op grond van artikel 5 lid 2 van de ANVR-voorwaarden voor losse reisdiensten zijn wij als reisagent niet aansprakelijk voor nalatigheden van de betrokken dienstverlener.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie acht voldoende onderbouwd dat de ondernemer als reisagent heeft bemiddeld bij de boeking voor de betreffende accommodatie te [land]. De commissie deelt het standpunt van de ondernemer dat deze als reisagent op grond van artikel 5 lid 2 van de ANVR-voorwaarden voor losse reisdiensten niet verantwoordelijk is voor eventuele schade als gevolg van nalatigheden van de betrokken dienstverlener.
Dit betekent in dit geval dat de ondernemer niet kan worden aangesproken voor eventuele schade aan persoonlijke eigendommen van de consument die is ontstaan als gevolg van waterschade in de geboekte accommodatie.
De consument zal zich voor de vergoeding van haar schade rechtstreeks moeten verstaan met de accommodatie, die in een apart bedrijf/rechtspersoon is ondergebracht. De klacht is ongegrond.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen, bestaande uit de heer mr. O.P.G. Vos, voorzitter, mevrouw drs. G.M. Locquet, de heer H.W. Zuur, leden, op 1 mei 2024.